Koersbewegingen van aandelen tijdens slechte beursdagen hebben enige
voorspellende waarde voor de potentiële verliezen die tijdens een
beurskrach in het verschiet liggen. Bedrijfsomvang, handelsvolume en
volatiliteit van het aandeel bieden een zekere indicatie.
Gevoeligheid voor een beurskrach
Dat blijkt uit recent DNB-onderzoek naar de ontwikkeling van
aandelenkoersen tijdens een beurskrach. Welke aandelen in een
dergelijke situatie het zwaarst worden getroffen, willen
vermogensbeheerders natuurlijk graag weten. Zij proberen immers een zo
hoog mogelijk rendement te realiseren tegen een zo laag mogelijk
risico. Vraag is echter of het mogelijk is te voorspellen welke
aandelen een relatief stabiele koers hebben tijdens een beurskrach.
Om deze vraag te kunnen beantwoorden, hebben onderzoekers van DNB een
maandelijkse score gegeven aan meer dan 2.000 aandelen met een
beursnotering in de Verenigde Staten over een periode van 40 jaar. Dit
op basis van de koersbewegingen tijdens dagen waarop aandelenmarkten
hard onderuit gingen. Naarmate de koers beter op peil blijft, scoort
het aandeel beter. Daarbij was de hypothese: hoe beter de score, des te
kleiner het koersverlies van dat aandeel tijdens een beurskrach in de
toekomst.
Verliezen
Nadere analyse toont aan dat de toegekende scores enige voorspellende
waarde hebben. Uit het onderzoek blijkt dat de aandelen die de maand
daarvoor de 20% slechtste scores kregen tijdens een beurskrach
gemiddeld twee tot drie keer harder in waarde dalen dan de aandelen die
de 20% beste scores ontvingen. Een voorbeeld hiervan zijn de
koersverliezen in oktober 2008. Op dit toppunt van onrust op de
financiële markten, vlak na het omvallen van de investeringsbank Lehman
Brothers, verdampte bijna 20% van de beurswaarde in de Verenigde
Staten. In die maand verloren de aandelen met de slechtste scores per
ultimo september gemiddeld meer dan 30% van hun waarde, terwijl de
aandelen die de beste scores kregen gemiddeld 10 à 15% van hun waarde
moesten inleveren.
Uit deze scores blijkt ook dat bedrijven waarvan de aandelen slechter
presteren bij een beurskrach gemiddeld genomen een kleinere omvang
hebben. Tegelijkertijd hebben aandelen met een slechtere score over het
algemeen ook een hoger handelsvolume en een relatief volatiele
beurskoers.
Onderzoeksmethodiek
Om de scores te berekenen werd een techniek ontwikkeld met behulp van
extreme waarde theorie. Deze techniek is toegespitst op het meten in
extreem ongunstige marktomstandigheden. Extreem ongunstig in de zin van
dat er maar een kleine kans is dat zulke grote verliezen op
aandelenmarkten daadwerkelijk plaatsvinden. De berekende score moet
duidelijk maken welke aandelen het meest meebewegen met de algemene
aandelenkoers ten tijde van een beurskrach.
Geen garanties
Uit het onderzoek blijkt dat de scores inderdaad een indicatie geven
welke aandelen zwaarder worden getroffen door een toekomstige
beurskrach. Maar de scores zijn ook niet meer dan een indicatie: een
hoog rapportcijfer biedt geen garantie voor een veilige belegging. Zo
verliezen ook aandelen met de beste scores aanzienlijk in waarde
tijdens een beurskrach. Daarnaast is de waarde van aandelen vaak
volatiel door andere oorzaken, zoals bedrijfsspecifieke informatie.
Voeg daarbij dat extreme gebeurtenissen altijd verrassingen met zich
mee brengen. Zo kunnen verbanden die altijd leken op te gaan voor de
financiële markten, plotsklaps in rook opgaan tijdens een dag dat de
beurzen diep in de min duiken. Dit alles doet geen afbreuk aan de
conclusie van het onderzoek dat het voor het inschatten van financiële
risico’s altijd nuttig kan zijn om grote schokken uit het verleden te
analyseren. De resultaten daarvan kunnen vermogensbeheerders een extra
kompas bieden om de te varen koers bij een volgende crisis uit te
zetten.
Lees verder:
We test for the presence of a
systematic tail risk premium in the cross-section of expected returns
by applying a measure on the sensitivity of assets to extreme market
downturns, the tail beta. Empirically, historical tail betas help to
predict the future performance of stocks under extreme market
downturns. During a market crash, stocks with historically high tail
betas suffer losses that are approximately 2 to 3 times larger than
their low tail beta counterparts. However, we find no evidence of a
premium associated with tail betas. The theoretically additive and
empirically persistent tail betas can help to assess portfolio tail
risks.
Keywords: Tail beta, systematic risk, asset pricing, Extreme Value
Theory, risk management.
JEL Classification Numbers: G11, G12.
DNB Working Papers:
Systematic tail risk (PDF: 904.2 Kb)
Publicatiedatum 7 november 2013