..
|
|
November
2016
|
|
|
..
|
|
Stilte
voor de storm |
Bron: Frans Schreiber, voorzitter
Hcc-Beleggen |
Het
67e
symposium afgelopen maand 8 oktober, georganiseerd door onze kommissie, had het
thema “Stilte voor de storm”. En dat was goed bedacht !.
Op dit moment teisteren meer dan ooit veel onzekerheden de markten.
Het beleid van de ECB, zal dat voortgezet worden of wordt de stroom van gratis
geld naar de markt gestopt?
Wat zal er in Amerika gebeuren, wordt Trump gekozen, die pleit voor een
“nationalisatie” van Amerikaanse belangen, of komt Hilary in
het witte huis, belaagd met emails waaruit blijkt dat ze dubbele belangen
heeft.
In december heeft Italië een referendum, waarbij de bevolking mag kiezen
of ze voor de hervormingen in de economie zijn of niet? En als ze dat niet
zijn, wat gebeurt er met de Italiaanse leningen?
Onze kommissie heeft er niet veel vertrouwen in, vandaar de titel. Om onze
beleggers gedegen deze onzekere tijd in te laten gaan, waren veel gerenommeerde
sprekers aangetrokken.
Menno van Hoven brak de dag open met boeiend verhaal over de bouw uw eigen
dividendmachine. In plaats van minder dan 1% op uw spaarrekening, kunt u
volgens Menno betere aandelen kopen met een goed dividend. Als de aandelen
zakken, dan stijgt het dividend rendement en wanneer u dan koopt, verdient u
nog meer rendement!
Vervolgens kwam Martijn Rozemuller aan het woord. Hij zegt dat beleggen door
particulieren vooral geld kost doordat particulieren op verkeerde momenten
handelen en het kost geld door professionals doordat deze een hoge
beheervergoeding vragen. Daarom adviseert hij ETF’s, die weinig kosten
hebben. Op deze manier spaar je wel tot 1% extra kosten uit op jaarbasis en dat
geeft een hoger eindbedrag.
Jim Tehupuring gaf een goed overzicht over ProBeleggen en hoe deze adviezen tot
stand komen. Jim vindt technische analyse niet genoeg, het verhaal moet
fundamenteel kloppen. Zo vindt hij ASML te duur en verkoopt deze, terwijl
Rodamco onterecht is gezakt en deze koopt hij volop bij.
Wouter Keller gaf een college over echt beleggen. Zijn modellen lopen terug tot
begin 1900 en op basis daarvan kan hij precies uitrekenen wanneer je moet
beleggen en waarin. Zijn nieuwe model Defensieve Asset Allocatie wordt
gepubliceerd op academische websites en wordt volop gedownload. Ook de
beleggers in de zaal hebben zijn model nagebouwd en zijn enthousiast over de
resultaten.
Als laatste kwam Aat Schornagel.
De zaal zat bomvol, er kon geen belegger meer bij.
Aat heeft zijn eigen theorie over dagopties, en die gaat dwars tegen de
gevestigde studies in.
Maar Aat kan het bewijzen, want hij handelt volop fors voor zichzelf en andere
geïnteresseerden.
"Put your money where your
mouth is",
is een gezegde in beleggersland en Aat volgt dit op en is een meester in
dagoptie handel.
Kortom, het was een leerzame en enerverende dag, ik hoop u volgende keer weer
te zien
Met een vriendelijke groet,
Frans Schreiber, voorzitter Hcc-Beleggen. |
|
|
|
|
|
|
Wat
hebben we aan de koers/winst-verhouding? |
Bron: Ronald Kok, Analist.nl |
|
Ronald Kok (RBA)
Financieel analist, entrepeneur en uitgever van o.a. Analist.nl |
Na zijn
economie opleiding aan de
Erasmus Universiteit Rotterdam, VBA aan de VU Universiteit van Amsterdam
bleef hij zich verder specialiseren w.o. EFFAS , en focust hij zich nu
vooral op financiële analyse en de praktische toepasbaarheid van
beleggingsstrategieën. Zijn aandachtsgebieden zijn vooral de Amerikaanse
en Europese aandelen. Daarnaast focust Ronald zich ook op
derivatenstrategieën, asset-allocatie en
risicomanagement. |
Wat hebben we aan de koers/winst-verhouding?
Wanneer we het over valuebeleggen hebben, horen we vaak al gelijk de term
koers/winst-verhouding.
Het zoeken op de Engelse term ‘price/earnings ratio’ levert zeker
al ruim 28 miljoen pagina’s met resultaten op.
Blijkbaar vinden beleggers dit dus een belangrijke ratio, maar is dat wel
terecht?
De koers/winst-verhouding staat uiteraard voor niets anders dan de huidige
koers van het aandeel ten opzichte van de winst per aandeel. Dit klinkt heel
eenvoudig maar wanneer wij in systemen als die van Bloomberg en Reuters kijken
zien we al gauw een scala aan varianten.
De beurskoers is uiteraard een eenvoudige maar welke winst per aandeel moeten
we nu pakken? Die van vorig jaar, die over dit jaar (en dus nog onbekend is en
uiteraard alleen maar geschat kan worden), of een historisch gemiddelde, met of
zonder eenmalige baten/lasten et cetera.
U leest het al met de term ‘winst per aandeel’ kunt u heel veel
kanten op.
Enorm veel varianten
Dit enorme scala aan varianten biedt daarom veel ruimte voor datamining en
datasnooping. Hiermee bedoelen we dat onderzoekers simpelweg hun definitie van
de winst per aandeel aan kunnen passen zodat er betere uitkomsten komen. Dit is
helaas van alle dag in de financiële wereld. Zo lezen we vaak dat
bijvoorbeeld de ‘forward price/earnings-ratio’ over de periode 2010
tot en met 2015 een enorm voorspellende waarde had voor de oliesector. Wanneer
we echter een andere periode of een andere sector zouden pakken zien we vaak
weer totaal andere resultaten. Onze visie is dan ook om alles zo simpel
mogelijk te houden en meer naar de nettowinst per aandeel te kijken en er geen
varianten van gaan gebruiken.
|
Robert
J.
Shiller
Detroit, USA
29 maart 1946 |
Nobelprijs samen met
Eugene Fama, Lars Peter
Hansen in 2013 “voor
de empirische analyse van de prijzen van activa”
|
Veel kritiek is er verder ook op het feit dat de gebruikte winst per aandeel
maar een momentopname is. Een bedrijf kan net veel activa verkocht of gekocht
hebben en daardoor ontstaat al direct een vertekend beeld van de winst;
die door eenmalige baten en lasten enorm kan fluctueren. Het is daarom veel
eerlijker om over een langere periode dan slechts 1 jaar naar de winst per
aandeel te kijken.
Eén van de meest betrouwbare varianten van de koers/winst-verhouding is
daarom de CAPE-ratio (cyclical adjusted price/earnings ratio) die door de
Amerikaanse professor (en Nobelprijswinnaar) Robert Shiller ontworpen is.
Deze ratio kijkt niet alleen naar 1 winst per aandeel maar naar het gemiddelde
van de afgelopen 10 jaar.
Op deze manier worden éénmalige baten en lasten er uitgefilterd
en krijgt u een veel beter beeld van de meer duurzame winst (of verlies) per
aandeel van het bedrijf.
Hoe lager de koers/winst-verhouding hoe goedkoper het aandeel?
Zoals gezegd is de koers/winst-verhouding de beurskoers ten opzichte van de
winst per aandeel. Het is doorgaans het credo dat hoe lager de
koers/winst-verhouding is hoe goedkoper het aandeel is, en omgekeerd. Veel
onderzoeken van de Amerikaanse aandelenmarkten laten vaak een dergelijk verband
zien.
Bron: Mebane Faber
(mebfaber.com)
De bovenstaande grafiek van de Amerikaan Mebane Faber laat inderdaad het
negatieve verband zien: hoe lager de koers/winst-verhouding hoe hoger het
rendement. En bij de hogere koers/winst-verhoudingen zien we zelfs negatieve
rendementen ontstaan. Deze data gaat echter over de Amerikaanse aandelen en
over de Europese aandelen zijn nog maar relatief weinig onderzoeken gedaan.
We kijken daarom naar het artikel “Global value: building trading models
with the 10-year CAPE” van Faber dat in augustus 2012 gepubliceerd werd.
Voor dit onderzoek werd gekeken naar het nut van de CAPE-ratio voor 32 landen.
Ook hier zien we een behoorlijk negatief verband tussen de hoogte van de
CAPE-ratio en het opvolgende aandelenrendement. In de tabel hier ziet u dat dus
de hogere rendementen vooral gerealiseerd werden door de aandelen met de lagere
koers/winst-verhoudingen en de lagere rendementen (en ook de verliezen) werden
voornamelijk door de aandelen met de hogere koers/winst-verhoudingen
gerealiseerd. Er zit hier een jaar tussen het moment van de aandelenselectie en
het gemeten rendement.
Is de CAPE-ratio dan dus een gouden voorspeller?
Nee absoluut niet. Integendeel kan het soms zijn, want wie in 2014 een mandje
met de aandelen met de laagste CAPE-ratio’s had gekocht had in 2015 forse
verliezen. Met de CAPE-ratio kunt u dus niet zomaar makkelijk de winnaars van
de toekomst vinden. U moet dit meer zien als de aandelenvariabele met relatief
de hoogste voorspelbaarheid in het verleden. Bij volgende bijdragen gaan we
verder in op combinaties van variabelen (zoals die van Josef Piotroski en Josef
Lakonishok. |
|
|
|
|
|
|
Hcc
Beleggen
interessegroep Computerbeleggersgroep-ZH |
Computerbeleggersgroep-ZH
|
Sinds de oprichting in 2002 houden wij ons
bezig met “Beleggen met behulp van de computer”. Het accent ligt
daarbij op het vergroten van de kennis van het ontwikkelen en exploiteren van
handelssystemen. Deze zijn vooral gebaseerd op methoden uit de kwantitatieve en
statistische analyse. Uiteraard wordt daarbij ook aandacht besteed aan
ondersteunende software. Regelmatig besteden we echter ook aandacht aan andere
vormen van beleggen zoals Fundamentele analyse. Daarbij gaan we altijd uit van
het beschrijven en bespreken van een gestructureerde aanpak die gebaseerd is op
objectieve grondslagen. |
Wij komen 9 keer per jaar
bijeen. Afwisselend
in Berkel & Rodenrijs en Delft. |
Klik hier voor meer info Contactadres: janroozenburg@kpnplanet.nl |
|
|
|
Rendement
en Risico en Crowdfunding |
Bron: Ivo Feeke, Voordegroei B.V.
|
Een belegger die al wat vermogen opgebouwd heeft en naar zijn
beleggingsportefeuille kijkt, heeft natuurlijk een rendements- en risico
vraagstuk.
Deze stelt zich wellicht vragen of neemt de volgende punten in zijn afweging
mee:
- Lage rente op spaarboekjes, zoektocht naar meer
rendement;
- Diversificatie, kan een lening/financiering aan een
(startende) ondernemer
met een mooi of interessant idee spreiding aanbrengen in mijn beleggingen?
- Ik heb als belegger weinig impact op (AEX)
beursgenoteerde en andere
wereldwijd actieve bedrijven;
- Crowdfunding lijkt een relatief gemakkelijke, goedkope
en snelle manier om
financiering te verkrijgen;
- Investeerders voelen zich direct betrokken bij het
bedrijf of de persoon
die investeringsvraag heeft;
- Beleggers vinden het leuk, aantrekkelijk of leerzaam om
op deze manier te
investeren en beleggen;
- Ik zoek een eenvoudige en directe toegang tot de
financiering van start-ups
en bestaande MKB-bedrijven, of partijen actief in creatieve , zorg- en
vastgoedsector;
- Als belegger wil ik op een bijzondere manier betrokken
zijn bij de
doelstelling van de geldvrager en/of hun inleg voor een deel als een gift zien
of de projecten staan dichter bij persoonlijke drijfveren en de beleving van de
belegger.
Rendement
Zo zijn bovenstaande punten en motivaties maar een deel van de veelvoorkomende
vragen en afwegingen. Vanuit een pure beleggingsoptiek is rendement en risico
bij veel beleggers nog steeds van doorslaggevend belang. En algemeen gezien kun
je de categorie ergens tussen obligaties en aandelen plaatsen op de
efficiënte grenslijn.
Dit is natuurlijk afhankelijk van de vorm en rentepercentages/rendement als ook
specifieke risico’s van aflossingen en terugbetalingen. Je ziet ook
beleggingen aangeboden worden die meer weg hebben qua karakteristieken tussen
aandelen en private equity.
Duidelijk moet zijn dat er misschien op termijn wel, afhankelijk van volumes en
wereldwijde groei, als instrument een nieuwe categorie zou kunnen ontstaan ten
opzichte van de huidige in de wet opgenomen karakteristieken bij bijvoorbeeld
de door AFM ontwikkelde Risicowijzer.1) Het is belangrijk bij de keuze om
een deel van het vermogen te beleggen in deze alternatieve categorie, dat deze
past in het totale beleggingsplaatje. Zeker als er een emotionele connectie is,
moet een belegger proberen rationeel een project/onderneming/ondernemer te
beoordelen.
En of de belegger als private lender zijn geld investeert en daardoor zijn
asset allocatie verandert wanneer hij een belegging toevoegt aan zijn
beleggingsportefeuille.
Verhouding risico en verwacht rendement van MKB/Crowdfunding leningen ten
opzichte van andere beleggingscategorieën.
Risico's
Net zoals bij andere assets is het belangrijk om te realiseren dat er
risico’s verbonden zijn aan deze beleggingscategorie. Dit kunnen
afhankelijk van de onderneming specifieke beleggingsrisico’s zijn die
inherent zijn aan aandelenbeleggingen.
Maar ook gelden nog andere risico’s dan bij beursgenoteerde aandelen.
Denk hierbij aan:
- Operationele risico’s van platform: misschien enigszins
vergelijkbaar
met risico en track record van beheerders van fondsen.
- Faillissementsrisico: is ook hier net zo goed aanwezig
en het is belangrijk
om te zien wat er met de belegging zelf, de markt of de informatievoorziening
gebeurt als het platform onverhoopt failliet zou gaan.
- De partij die financiering ontvangen heeft voldoet niet
aan rente- en
aflossingsverplichtingen: zeker als een belegger geld verstrekt in de vorm van
een lening geldt ook hier, net als bij obligaties, dat tussentijds (of op het
einde van de looptijd) rente en terugbetaling van kapitaal moet gebeuren.
- Zowel kwaliteit van belegging als platform: sommige
platforms proberen de
kwaliteit van de ondernemingen waarin belegd gaat worden te borgen met ratings
en (externe) beoordelaars die risico’s en bedrijfsvoering analyseren en
voorzien van een rapport.
- Verhandelbaarheid/liquiditeit: in vergelijking met
beursgenoteerde
beleggingen is het belangrijk om te beseffen dat het geïnvesteerde geld in
een onderneming of project niet zomaar elke dag er uit gehaald kan worden. Er
zijn verschillende platformen die ook voor wat betreft tussentijds kopen en
verkopen een markt onderhouden waarbij beleggers hun investering opnieuw aan
kunnen bieden aan andere geïnteresseerden. Dit is niet standaard altijd
zo!
Ref:
1) Zorgvuldig advies vermogensopbouw: risico, wijzer of niet? Artikel VFP 4
april 2011 F Husken & RGJ van Beek en https://www.afm.nl/~/profmedia/files/wet-regelgeving/beleidsuitingen/leidraden/risicoprofielen.ashx?la=nl-nl
Aanbevelingen voor een betere aansluiting tussen beleggingen en
risicoprofielen, September 2015.
|
|
|
|
|
|
|
Experts
in de ban van Trump |
Bron: Corné van Zeijl, Actiam |
De optimisten en de pessimisten waren vorige maand volledig in evenwicht. En
dat goldt ook voor de beurs. De AEX ging met een hele bescheiden 0,1% omhoog.
De aandelenkeuzes waren simpel uitstekend. De toppers stegen met 5,5%, terwijl
de floppers met 2,3% daalden.
Precies zoals het moet.
Voor de komende maand blijft men erg terughoudend.
Veel beursprofessionals waren in de ban van Trump. Blij als het straks 9
november is.
Daarnaast is de stijgende rente een factor war iedereen het over heeft.
Voor de komende maand zet men zijn geld in op Galapagos. Dit aandeel stond
vorige maand nog bij de floppers. Van Arcelor kunt u maar beter afblijven.
Unibail komt op de tweede plaats, vooral vanwege de angst voor een verder
stijgende rente.
Deze maand houden voor al de Amerikaanse verkiezingen de experts bezig. Men is
er niet over uit welke kandidaat zal winnen. En welke koersreactie bij welke
kandidaat hoort. Een mooie uitspraak van experts, die optimistisch was. All
bets are off als Trump wint. Een tweede belangrijke ontwikkeling waar belegger
zich mee bezig houden is de ontwikkeling van de rente. Er werd zelfs al de
vergelijking met 1987 getrokken, toen ook stijgende aandelen koersen
gepaard gingen met een stijgende rente. Een laatste vermeldenswaardige factor
is de relatief goed winstontwikkeling. Het cijfers seizoen is tot dusverre best
redelijk. Per saldo is er een miniem optimisme waarneembaar op de korte
termijn. 40% denkt dat de AEX zal stijgen en 33% verwacht een daling. Maar het
is nog steeds ver onder het gemiddelde.
optimistisch |
40% |
neutraal |
26% |
pessimistisch |
33% |
|
--- |
7% |
Ook voor de lange termijn zijn de verwachtingen erg terughoudend. En ver onder
het lange termijn gemiddelde. En dezelfde factoren worden aangehaald.
optimistisch |
32% |
neutraal |
42% |
pessimistisch |
26% |
|
--- |
5% |
Goede aandelenkeuzes in
oktober
Voor de aandelenkeuzes was het wederom een hele mooie maand. Vooral Randstad
deed het uitstekend. Ook aan de short kant werden goed gescoord. 3 van de 4
floppers gingen naar beneden. Alleen jammer dat ook ABNAMRO er bij stond. In
een stijgende rente omgeving doen bank aandelen het goed en dus ook ABNAMRO met
een plus van maar liefst 14,1%. Een fictief hedgefonds van de particuliere
beleggers liet per saldo een verlies van 1,3% zien. Zij hadden ING en ABNAMRO
bij de floppers staan.
|
|
ROYAL
DUTCH
SHELL |
4 |
2,4% |
KPN |
3 |
0,5% |
RANDSTAD |
3 |
15,7% |
SMBO |
2 |
3,5% |
|
|
--------- |
|
|
5,5% |
|
GALAPAGOS |
-4 |
-2,6% |
GEMALTO |
-4 |
-13,2% |
WOLTERS
KLUWER |
-4 |
-7,5% |
ABNAMRO |
-3 |
14,1% |
|
|
--------- |
|
|
-2,3% |
|
|
|
|
|
Galapagos duidelijk
favoriet, Arcelor
niet
Voor de komende maand is Galapagos opvallend van flopper naar de topper gegaan.
6 experts denken dat het de grootste stijger zal worden. Verder zijn Ahold, KPN
en ING favoriet. Men vindt duidelijk Arcelor Mittal te ver gestegen en te veel
op de muziek van de stijgende ijzer erts prijzen vooruit gelopen. In een
stijgende renteomgeving moet je geen onroerend goed aandelen hebben. Ondanks
dat de koers van Unibail daardoor al met bijna 10% is gedaald afgelopen maand,
staat dit aandeel met overtuiging op nummer 2 . Op nummer 3 staat Shell en dan
volgt een flinke lijst met aandelen die allen per saldo twee flop stemmen
hebben gekregen.
|
|
GALAPAGOS |
6 |
|
AHOLD |
5 |
|
ING |
4 |
|
KPN |
4 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
ARCELORMITTAL |
-10 |
|
UNIBAIL-RODAMCO |
-5 |
|
ROYAL
DUTCH SHELL |
-4 |
|
AKZO NOBEL |
-2 |
|
PHILIPS |
-2 |
|
UNILEVER |
-2 |
|
WOLTERS
KLUWER |
-2 |
|
|
|
|
Aan de enquête deden 57 experts mee. |
|
|
|
|
|
|
Hcc Beleggen interessegroep
Noordbeleggen |
groep Noordbeleggen
is
gestart in maart 2006 rond het beleggingsprogramma Vestics.
Inmiddelszijn wij verder gegaan in de boeiende wereld van het beleggen.
Zo doen we onze beleggingen op individuele basis en komen zo'n vijf keer per
jaar bijeen. Het zijn 'interactieve' bijeenkomsten waarin nieuwtjes en
ervaringen onder het genot van een kopje koffie worden uitgewisseld.
Naast het bespreken van het vaste onderwerp: de 'echte' portefeuille, komen ook
onderwerpen als: ervaring met broker software, handelssystemen, indicatoren,
werking van opties/turbo's enz aan bod.
Met als rode
draad: |
- Selecteren van Aandelen.
- Selecteren van Opties.
|
- Werking en selectie van Turbo's
- Selecteren van Beleggingsfondsen
|
Benieuwd? Kom kom gerust een keer kijken of het iets voor je is. Mail voor meer
info naar Ben
Rietveld |
|
|
|
Biotech,
moet je daar nu nog in beleggen ? |
Bron: Jan Kolkman, Stockpicker-Signaal, 25
oktober
2016
|
Wanneer je daarover nadenkt zeg je al gauw: deze sector heeft een prachtige
performance laten zien met een stijging van meer dan 600 procent in de laatste
tien jaar voor de Nasdaq Biotech Index.
Sindsdien laat de sector het wat afweten.
TICKER |
NAAM |
LAAGSTE
IN 10 JAAR |
HOOGSTE
DAARNA |
%
WIJZIGING |
KOERS
NU
|
%
WIJZIGING
SINDS HOOGSTE |
^NBI |
NASDAQ BIOTECH
INDEX |
590.26
|
4194.87
|
PLUS
610,7 % |
2788.28
|
MINUS
33.5 % |
GEN.CO
|
GENMAB
|
23.23 |
1294.00
|
PLUS
5470.4 %
|
1147.00 |
MINUS
11.4 % |
GLPG.AS
|
GALAPAGOS |
10.00
|
66.19
|
PLUS
561.9 %
|
59.99
|
MINUS
9.4 % |
Een switch?
Je kunt je afvragen of je er goed aan doet zo’n high performer als Genmab
er uit te gooien en in de plaats daarvan wat andere biotech-aandelen op te
pikken die wat achtergebleven zijn in de periode dat sommige het zo goed deden.
Ik ben van mening dat er voor Genmab nog steeds goede mogelijkheden zijn. Het
is wel een bedrijfstak waarin de volatiliteit groot is, dat wil zeggen dat de
koersen forse uitslagen laten zien.
Aan de andere kant kun je je afvragen waarom een aandeel als Genmab het zo goed
heeft gedaan. Het antwoord is naar mijn mening dat het bedrijf goede resultaten
heeft laten zien, en daarmee de Food and Drug Administration (de FDA), de
Amerikaanse toezichthouder, heeft overtuigd, een goede kaspositie heeft en (het
belangrijkste van allemaal) een brede pijplijn heeft aan medicijnen in
ontwikkeling.
Waarom is een ruime kas zo
belangrijk?
Een biotech met een interessante pijplijn, die krap bij kas zit, heeft dan niet
de mogelijkheid al zijn noodzakelijke onderzoeken zelf te bekostigen. Het
risico dat het bedrijf dan loopt is dat een farmareus een bod uitbrengt, dat
gezien de mooie pijplijn wel heel erg laag is.
Waarom zoveel nadruk op
biotech?
Wat is de oorzaak dat er in de selectie van interessante aandelen van
Stockpicker-Signaal zo vaak bedrijven zitten die medicijnen ontwikkelen met
dikwijls de focus op kanker ?
We worden steeds ouder. En hoe ouder een lichaam, hoe groter de kans op
biologische afwijkingen die tot kanker kunnen evolueren. De strijd daartegen is
de laatste jaren versneld en dat zal de levensverwachting de komende jaren
gevoelig verlengen. In het Belgische tijdschrift Knack schreef Michel
Vandersmissen onlangs een interessant artikel met de titel ‘In de
toekomst zullen veel mensen twee of drie kankers krijgen èn
overleven’.
Waardoor worden die felle
koersfluctuaties
veroorzaakt ?
Bedrijven in de biotech komen nogal eens met spectaculair nieuws, waardoor een
bepaalde ziekte beter behandelbaar zal zijn. Maar dit soort bedrijven doet dan
ook duizenden proeven in hun zoektocht naar een goed medicijn. En de praktijk
leert dan zo’n 92 procent van die proeven niet succesvol is. Van de tests
die wel aan de verwachtingen voldoen bereikt slechts een klein deel het stadium
dat er zeg maar meer dan 1 miljard dollar omzet per jaar kan worden
gerealiseerd.
Wanneer een test niet succesvol is, dus niet wordt goedgekeurd voor toelating
op de markt door de FDA dan zien we dat een koers volledig kan instorten, zoals
een aantal jaren geleden gebeurde met Prosensa, dat een medicijn tegen
Spierdystrophie van Duchenne ontwikkelde, en is het soms het einde van de
company. Prosensa was in feite een one-product-company, waar het risico dus
extra groot is.
Een tegenvallend bericht kan dus de oorzaak zijn van een stevige koersval, al
kan ook een algehele beursmalaise een relatief grote koersdaling in een sector
als biotech veroorzaken.
Dit is speciaal het geval als de koers van zo’n aandeel het recentelijk
heel goed heeft gedaan, want dan zit iedereen op winst. Daardoor komt men in de
verleiding winst te nemen, terwijl je bij de verkoop van een ander element uit
de portefeuille een verlies zou realiseren.
Jan Kolkman,
oprichter van Stockpicker-signaal |
heeft
tientallen jaren ervaring opgedaan
met de belegging in
aandelen bij een grote beleggingsmaatschappij en hij heeft zich daarna, via
cursussen, symposia en heel veel lezen, gespecialiseerd in technische analyse.
Hij hanteert diverse algemeen gebruikte indicatoren en daarnaast ook signalen
uit eigen koker. |
Zelf had ik aandelen Prosensa, die ik bij de overname door Biomarine heb
verkocht. In plaats daarvan heb ik deze zomer aandelen Sarepta gekocht.
Dat was de concurrent van Prosensa. Ik kocht ze op het moment dat ze op het
punt stonden een goedkeuring van de FDA te krijgen.
Maar helaas voor Sarepta die goedkeuring kwam niet. De koers stortte in van 22
naar 14 dollar en ik ging er van uit dat Sarepta met de ontwikkeling door zou
gaan en een nieuwe aanvraag bij de FDA zou indienen. Een paar weken later heb
ik een deel verkocht op 50 dollar en de rest op 54.
Galapagos
Een bedrijf als Galapagos is een biotech met ook een breed
ontwikkelingsprogramma, zeg maar een brede pijplijn.
Een kandidaat-medicijn van Galapagos dat momenteel erg in de belangstelling
staat is Filgotinib tegen reumatoïde artritis (RA). Het grote voordeel van
Filgotinib, ten opzichte van de gangbare medicijnen tegen reuma, is dat je kunt
volstaan met één pilletje per dag en daardoor verlost bent van al
die vervelende injecties.
Een belangrijk punt in de publicaties van een bedrijf in de biotech is de
cashpositie, in feite veel belangrijker dan de gangbare omzet- en
winstontwikkeling. Want een biotech met weinig cash, maar een goede pijplijn,
is een makkelijke prooi voor een farmaceut die goed in de slappe was zit.
Zo’n biotech die niet voldoende cash heeft om zijn onderzoek te voltooien
kan dan zo maar voor een prikkie worden weggekaapt. Je kunt stellen dat dit
leuk is voor de aandeelhouder, maar ik ben van mening dat het interessant is
voor de korte-termijn-belegger, maar een belegger met een wat langere horizon
ziet liever dat het bedrijf NIET wordt overgenomen, of pas in een later
stadium. Om de eenvoudige reden dat dan de overnameprijs aanmerkelijk hoger
ligt.
Galapagos is een bedrijf met een brede, maar vooral interessante pijplijn voor
onder meer Filgotinib voor de behandeling van RA en voor de Ziekte van Crohn
(een aandoening aan het spijsverteringskanaal) en nog een kandidaat-medicijn
tegen taaislijmziekte of Cystic Fibrosis (CF).
Per 31 maart 2016 had Galapagos een bedrag van 979 miljoen euro in kas. Dat is
21.35 euro per aandeel. Dit kwam door een succesvolle introductie op de NASDAQ
en een deelname van de Amerikaanse farmaceut Gilead van 14,7 procent in het
aandelenkapitaal van Galapagos.
Galapagos in de AEX
Met ingang van maandag 20 juni 2016 is het aandeel is opgenomen in de
AEX-index in Amsterdam. Dit is interessant omdat de nog steeds groeiende groep
van index-beleggers dan in het aandeel gaan beleggen en dat meer analisten het
aandeel gaan volgen.
Biotech en Hillary Clinton
Als nadeel voor de medicijnfabrikanten in het algemeen wordt nogal eens genoemd
het feit dat Hillary Clinton in haar campagne voor het presidentsschap
aankondigt wat te gaan doen aan de hoge prijzen van bepaalde medicijnen. En
niet te vergeten onze eigen Minister van Volksgezondheid, Edith Schippers,
pleit ook voor lagere medicijnprijzen. En toch ben ik van mening dat zij goed
werk doen, want door een lagere prijs wordt de gevraagde hoeveelheid groter en
30 patiënten, die 500 dollar voor een pil betalen, leveren meer op dan 10
patiënten van 1000 dollar. Bovendien worden meer patiënten geholpen
en is de ziektekostenverzekering dan meer bereid dat medicijn in het
vergoedingspakket op te nemen.
Verder heeft Galapagos bekend gemaakt dat het werkt aan manieren om het succes
van reumamiddel Filgotinib te herhalen. Half juni zei Galapagos elke twee jaar
een fase-3 testprogramma te willen beginnen. Ook wil het elk jaar drie
klinische zogeheten Proof-of-Concept medicijnen leveren. De ambitie duidt er
volgens KBC op dat Galapagos bezig is met het opbouwen van een ‘duurzaam
en gediversifieerd productportfolio’. KBC handhaaft zijn buy-advies met
een koersdoel van 70 euro.
Overzicht dit jaar
TICKER |
NAAM |
KOERS ULTIMO
2015
|
LAAGSTE
IN 2016 |
HOOGSTE
DAARNA |
KOERS
NU
|
%
WIJZIGING
IN 2016 |
^NBI |
NASDAQ BIOTECH
INDEX |
3540.44
|
2517.40
|
3154.36
|
2788.28
|
MINUS
21,2 % |
GEN.CO
|
GENMAB
|
917.50
|
605.00 |
1294.00
|
1147.00 |
MINUS 25
% |
GLPG.AS
|
GALAPAGOS |
57.70
|
32.50
|
66.19
|
59.99
|
MINUS
4.0 % |
Overname?
Het komt er op neer dat geen van beide genoemde biotech ondernemingen
overgenomen wil worden. De CEO van Genmab heeft onlangs gezegd dat als er een
bod zou worden gedaan het wel op de dubbele koers van dit moment zou moeten
plaats vinden voordat hij daarmee instemt.
Ik ben van mening dat Genmab in de komende drie jaar een koers kan laten zien
van het vijfvoudige van het huidige niveau en ik acht Galapagos tot een zelfde
prestatie in staat. Voor beide stel ik wel de voorwaarde dat ze NIET worden
overgenomen.
|
|
|
|
|
|
|
Hcc Beleggen interessegroep
CoSA |
CoSA, Computerondersteunde Selectie van Aandelen, gebaseerd op fundamentele
analyse van bedrijven. Er wordt primair gekeken naar omzet, nettowinst, eigen
vermogen, dividenden en winst per aandeel om de kwaliteit van een bedrijf te
bepalen. Pas als het bedrijf kwalitatief aan minimum eisen voldoet wordt er
naar de koersen gekeken. |
Indien u
meer wilt
weten over de activiteiten van CoSA, kunt u de voorlopige CoSA-webpagina
(klik hier), raadplegen of contact opnemen met de
voorzitter: Jan van der Meulen via CoSA-L@beleggersonline.nl
U kunt zich met hetzelfde mailadres aanmelden voor het ontvangen van
informatie, zoals de wekelijks verschijnende CoSA-nieuwsbrief en voor het
verkrijgen van toegang tot de voor CoSA-leden beschikbare Europese
CoSA/SSG-verzameling. |
|
|
|
Factorbeleggen:
op zoek naar de steen der wijzen |
Bron: Willem D. Okkerse MBA |
Willem D. Okkerse
(1946) is CEO van het OK-Score Institute in Rotterdam en Brussel. |
Hij
begon in 1995 na in 1989 cum laude
zijn MBA te hebben behaald
aan een PhD onderzoek dat in 2000 de OK-Score ® opleverde. Voordien was hij
voorzittend partner van een adviesgroep gespecialiseerd in strategie en
corporate finance en bekleedde gedurende 1995-2000 o.a. de functie van CFO van
de milieu organisatie Green Cross van Mikhail Gorbachov. Tevens was hij
gastdocent aan de Universiteiten van Delft en Leuven alsmede de Hogeschool van
Arnhem en lid van de Raad van Advies van de Hogeschool van
Amsterdam |
In de institutionele wereld wordt er naarstig gezocht naar de Steen der
Wijzen.
De behoefte aan een ho(o)g(er) rendement en een laag risico is zeer
gewenst.
Omdat in deze kringen het credo nog steeds is dat een hoger rendement alleen
maar kán samenvallen met een hoger risico, beperkt dit
Nobelprijswinnaar’s dogma in ernstige mate hun blikveld.
Myopia tiert welig en u merkt dat vooral aan uw
pensioenvoorzieningen.
Dit ondanks het feit, dat diezelfde institutionele wereld met het
factorbeleggen zélf wel op zoek is naar het omgekeerde oftewel een hoger
rendement met een lager risico.
Dat dit mogelijk moet zijn zoals ik reeds in mijn proefschrift stelde, kon
gelukkig ook in de praktijk bewezen worden, zie daartoe het diagram aan het
einde van dit artikel.
In 2013 werd deze theorie door Dr. Walkshäusl van de Universiteit van Regensburg
nogmaals bewezen *1) .
Vergroten van de kans op
succes
Je kunt de kans op succes namelijk vergroten door te beleggen in bewezen
factoren. De vraag is alleen: welke factoren en vooral welke bewijzen? Tot nog
toe blijkt dat in de meeste portefeuilles van de door de institutionele
beleggers aan vermogensbeheerders verstrekte mandaten het R2 meestal tegen de
99 aanschurkt, hetgeen indiceert dat in feite de index word gevolgd. Dat is dus
geen factorbeleggen!
Het gevolg is dat men naarstig op zoek is naar die “factoren” die
het resultaat WEL (gedeeltelijk) kunnen verbeteren zoals er inmiddels zijn:
value investments, een methode waar aandelen worden gekocht waarvan de
beurswaarde ónder de intrinsieke waarde ligt. Als tweede b.v. low
volatility investments, waarbij koersfluctuaties als maatstaf genomen worden en
bijvoorbeeld “short en long term reversal” methodieken waarin
“fallen angels” op korte of lange termijn weer als koopwaardig
worden beschouwd. Meestal met zeer beperkt succes.
Laboratorium versus praktijk
In het laboratorium, lees de testfase, worden namelijk de meest interessante
vaststellingen gedaan die in de praktijk toch onvoldoende werken. De modes
operandi zijn veelal vergelijkbaar met het onderzoek van Altman
naar de
Z-Score. In het laboratorium een zogenaamde zekerheid biedend van ca. 80%
maar in de praktijk niet boven de 55% realiserend.
Zo blijken de in het laboratorium zichtbaar mogelijke verbeteringen van het
rendement in de harde praktijk achteraf toch tegen te vallen. In de
institutionele kringen heet het dan: “de geboekte resultaten kennen geen wetenschappelijke
consensus”.
Dat is volgens mij ook per definitie uitgesloten omdat die mate van zekerheid
nooit boven de 70 tot 80% kán komen. Net als in het onderzoek van Altman
met de Z-Score is namelijk de vooraf gestelde premisse fnuikend voor de
betrouwbaarheid van het model. Bij Altman luidde die premisse dat “de
ratio’s van een failliet bedrijf slechter zouden zijn dan van een lopend
bedrijf”. De facto blijkt dat soms de ratio’s van lopende bedrijven
zelfs slechter zijn dan van gefailleerde bedrijven. De ratio’s lopen dus
niet lineair.
Ditzelfde doet bijvoorbeeld opgeld bij een onderzoek met statistische
zekerheden naar de mate waarin
“het rendement van een portefeuille met ondergewaardeerde bedrijven, lees
beurswaarde/intrinsieke waarde <1, beter zou zijn dan het rendement van een
portefeuille met niet ondergewaardeerde bedrijven, lees beurswaarde/intrinsieke
waarde >1”.
Net als bij het onderzoek van Altman zijn ook deze uitkomsten niet lineair. De
focus ligt bij dit soort onderzoeken namelijk op de uitkomst van een ratio
(lees de intrinsieke waarde) met een mening (lees de beurswaarde). Zowel in de
één, lees de intrinsieke waarde, kunnen reeds al dan niet
moedwillige fouten zitten en de andere, lees de beurswaarde is op zichzelf al
geheel en al speculatief en zal dus per definitie altijd een bias in de
beoordeling blijven geven.
Modelfouten
M.a.w. onderzoek langs de weg van statistische zekerheid uit waarnemingen van
beursfondsen in relatie met de beurskoersen leidt als gevolg van de
non-lineairiteit van die waarnemingen tot een ingebakken modelfouten. Dit is
dezelfde theorie die ik met mijn PhD onderzoek met betrekking tot de werking
van de Z-Score kon bewijzen. Voor de diehards daarbij de professionele
uitkomsten van bijna 14 jaar OK-Score Magnificent Twenty, de OK-Score selectie
uit de S&P 500 in vergelijking met de S&P 500 equal weighted Gross
Return.
Periode
1.1.2003-30.09.2016 |
OK-SCORE MAGNIFICENT
TWENTY |
S&P 500 EW
GR |
Total return |
693% |
293% |
Compounded annual
return |
16,5% |
10,6% |
Standard
Deviation |
18,9% |
21,2% |
Beta |
0,9 |
1,0 |
Alpha |
6,8% |
|
ref:
*1) Bron: Fundamentalrisiken und Aktienrenditen: Auch
hier
gilt, mit weniger Risiko zu einer besseren Performance in: Corporate Finance
biz, 03/2013, pp. 119-123. |
|
|
|
|
|
|
Het
Lindy-effect |
Bron:
Hendrik Oude Nijhuis |
Hendrik Oude Nijhuis
Auteur, oud bestuurslid HCC Beleggen en BSC Duitenberger.
Oprichter Warrenbuffet.nl |
Hendrik Oude Nijhuis heeft
zich
jarenlang verdiept in
‘s werelds beste beleggers. Hij is medeoprichter van Beterinbeleggen.nl
en zijn
bestseller over Warren Buffett is via de website http://www.warrenbuffett.nl/
gratis beschikbaar. Deze column is niet bedoeld als individueel advies tot het
doen van beleggingen. |
De intrinsieke waarde van een bedrijf is gelijk aan de waarde van alle
toekomstige winsten, verdisconteerd naar het heden.
Dat idee, in 1938 omschreven in het boek 'The Theory of Investment Value' van
John Bur Williams, is 78 jaar later nog altijd actueel. Het idee heeft tot nu
toe de test der tijd doorstaan en verwacht mag daarom worden dat dit idee
voorlopig ook nog wel actueel blijft.
Nieuwe ideeën moeten zich altijd eerst een tijd bewijzen.
Lindy-effect
De aanname dat een oud idee in ieder geval voorlopig actueel zal blijven sluit
aan bij het zogeheten Lindy-effect. Dit effect veronderstelt dat de verwachte
resterende levensduur van zaken als ideeën, technologieën en
bedrijven ongeveer gelijk is aan de actuele leeftijd ervan.
Iemand die een horloge een half jaar in bezit heeft zal deze volgens het
Lindy-effect ook ongeveer nog een half jaar in bezit hebben. Een horloge dat al
een eeuw een familie-erfstuk is zal dat volgens het Lindy-effect gemiddeld
beschouwd de komende eeuw eveneens zijn.
De verwachte resterende levensduur van mensen en dieren neemt af naarmate de
jaren verstrijken. Iemand van 50 jaar heeft een kortere verwachte resterende
levensduur dan iemand van 40 jaar. Maar bij het Lindy-effect geldt dus precies
het omgekeerde: de verwachte resterende levensduur neemt juist toe met het
verstrijken van de tijd.
Een voorbeeld zijn bedrijven. Van alle startende bedrijven stopt een flink
percentage in het eerste jaar alweer. En van de bedrijven die het eerste jaar
hebben overleefd stopt een percentage in het volgende jaar, maar dit percentage
is al wat minder. Kortom, de verwachte resterende levensduur van een bedrijf
van een jaar oud is langer dan die van een net gestart bedrijf.
Coca-Cola en Facebook
Volgens het Lindy-effect heeft een bedrijf dat 100 jaar bestaat nog een
resterende levensverwachting van eveneens 100 jaar. En een bedrijf dat 10 jaar
bestaat nog een resterende levensverwachting van 10 jaar.
Belangrijk: het Lindy-effect geeft een indicatie van de GEMIDDELDE verwachte
levensduur. Voor afzonderlijke gevallen zegt dit effect niet per definitie
iets. Een bedrijf dat net 100 jaar bestaat kan dus best het jaar erop ten onder
gaan. Of juist nog langer dan 100 jaar bestaan.
Coca-Cola is opgericht in 1892 en op basis van het Lindy-effect bestaat dit
bedrijf nog eveneens 124 jaar. Daarmee is de veronderstelde houdbaarheidsdatum
van Coca-Cola het jaar 2140.
Facebook werd in 2004 opgericht en op basis van het Lindy-effect heeft de
sociale netwerksite nog twaalf jaar voor de boeg. Maar bestaat Facebook in 2028
nog (2016 + 12 jaar) dan is de verwachte resterende levensduur verdubbeld:
volgens het Lindy-effect mag dan verwacht worden dat Facebook nog 24 jaar
bestaat om naar verwachting rond het jaar 2052 ten onder te gaan.
Lindy-effect op de beurs
niet
zichtbaar
Wanneer het idee van de waarde van een bedrijf ('alle toekomstige winsten,
verdisconteerd naar het heden') gecombineerd wordt met het Lindy-effect mag
verwacht worden dat bedrijven die al lang bestaan hogere waarderingen hebben
dan bedrijven die kortgeleden zijn opgericht. Maar op de beurs lijkt daarvan
geen sprake...
Juist heel wat van de bedrijven die relatief kortgeleden zijn opgericht - en
waarvan beleggers torenhoge verwachtingen hebben - worden fors gewaardeerd,
veel meer dan op basis van het Lindy-effect terecht zou lijken. Denk
bijvoorbeeld aan relatief nieuwe bedrijven als Facebook, Amazon en Netflix.
De stokoude bedrijven van
Warren
Buffett
Buffett hecht zoals bekend veel waarde aan het goed begrijpen van de bedrijven
waarin hij belegt en waarvan hij de toekomst goed kan inschatten. Het doen van
zulke inschattingen is minder lastig voor bedrijven die al lang bestaan en alle
denkbare omstandigheden - recessies, depressies, hoge en lage
grondstoffenprijzen, wereldoorlogen, etc. - al eens meegemaakt en overleefd
hebben.
Anders dan veel andere beleggers maar in lijn met het Lindy-effect lijkt
Buffett intuïtief een voorkeur te hebben voor bedrijven die de test der
tijd hebben doorstaan. Het verbaast zo bezien niet dat de vijf grootste
posities van Buffett, samen goed voor ruim 60% van de beleggingsportefeuille
van Berkshire Hathaway, allemaal stokoude bedrijven zijn:
- Het gefuseerde levensmiddelenconcern Kraft-Heinz, Kraft
is in 1903
opgericht en Heinz in 1869.
- De Amerikaanse bank Well-Fargo, opgericht in 1852.
- Frisdrankfabrikant Coca-Cola, opgericht in 1892.
- Technologieconcern IBM, opgericht in 1911.
- Financieel dienstverlener American Express, opgericht
in 1850.
|
|
|
|
|
|
|
Consument
of participant?
|
Bron: Redactie
HCC
Beleggen |
De HCC Beleggen
organiseert een aantal
activiteiten. De bekendste activiteiten die wij organiseren zijn de
beleggerssymposia, die we tweemaal per jaar houden in De Bilt, de regiogroepen
en deze nieuwsbrief. Een toenemend aantal mensen wil ook aktief meedoen. En dat
Kan.
Voor de organisatie van onze symposia
zijn wij voortdurend op zoek naar mensen die een bijdrage willen leveren aan de
totstandkoming hiervan.
Het is niet alleen leuk om dergelijke evenementen te organiseren, maar het is
ook een ideale gelegenheid om je netwerk uit te breiden met interessante
contacten.
Bestuursleden
gezocht
Bestuursleden worden telkens voor een vaste periode benoemd met een maximum van
2 periodes en om die reden zijn wij op zoek naar mensen die bereid zijn de kar
te trekken.
Redactieleden gezocht
Voor de nieuwsbrief en de website zijn wij dringend op zoek naar mensen die de nieuwsbrief en/of
website redactioneel willen beheren en/of het aandurven een column, een artikel of recensie te
schrijven.
Webmaster gezocht
Voor de website zijn wij dringend op zoek naar mensen die de website willen
beheren.
Zonder deel uit te maken van de organisatie kunt u vanzelfsprekend ook meedoen
aan
één van de Regio- of Belangstellingsgroepen.
Maar ook andere dingen doen zoals het geven van een aardige lezing, met
anderen handelsstrategieën uitwerken, software onder de knie krijgen of
gewoon een groep vormen waarmee je samen de markt analyseert/bespreekt, behoort
tot de mogelijkheden.
Ben jij enthousiast, wil je niet alleen consumeren maar ook participeren, neem
dan per email contact op met het HCC Beleggen bestuur of met
de redactie
|
|
|
|
|
|
|
|
Disclaimer: Deze
publicatie komt tot stand op de redactie van beleggersonline.nl de website van
de HCC IG Beleggen. Noch de mate waarin de berichten, voorgestelde
scenario’s, risico’s en voorspellingen de marktverwachtingen
weerspiegelen, noch de mate waarin zij in de realiteit zullen tot uiting komen,
kunnen worden gewaarborgd. De voorspellingen zijn indicatief. De gegevens in
deze publicatie zijn algemeen en louter informatief. Ze mogen niet worden
beschouwd als beleggingsadvies. De
schrijver(s) van deze publicatie en het bestuur van de HCC IG Beleggen en/of de
Redactie van de Nieuwsbrief zijn derhalve niet aansprakelijk voor eventuele
verliezen. De waarde van uw beleggingen kan fluctueren, behaalde resultaten uit
het verleden geven geen garantie voor de toekomst. |
|
|
|