Nieuwsbrief20131101

Deel dit artikel

,

geen foto beschikbaar
HCC-Beleggen-Nieuwsbrief-logo.gif
November 2013


Europese beurzen: the place to be - Strategie-
Bron: Belfius
Tijdens de eerste 6 maanden van dit jaar kochten Amerikaanse beleggers voor 65 miljard dollar aan Europese aandelen.
Amerikanen-beleggen-terug-in-Europa-20131101-500x226.gif
Een blijk van vertrouwen in het herstelpotentieel van de Europese economie.
De economische indicatoren zijn dan ook aan de beterende hand. De Europese beurzen noteren weliswaar 11 % hoger, maar de Amerikaanse beurs steeg met bijna 20 %.  Toch behouden we het geloof in het herstelpotentieel van de Europese economie en haar bedrijven.

Voorkeur Europese beurzen: waarom?
Europese-aandelen-zijn-goedkoop-20131101-500x222.gif
Europese aandelen zijn nog steeds goedkoop in vergelijking met Amerikaanse. Eind 2011 noteerden de Amerikaanse bedrijfswinsten al hoger dan de piek van 2007. De eurocrisis woog dan ook meer op de winstgevendheid van de Europese bedrijven. Zo liggen hun winsten slechts 5 % hoger dan het gemiddelde van de afgelopen 10 jaar, terwijl ze in de VS al 40 % hoger liggen. Bovendien wijzen de laatste indicatoren die het vertrouwen bij de aankoopdirecteuren meten (PMI), in de richting van mogelijke Europese winstherzieningen.

Economie aan de beterende hand
Voor het eerst in anderhalf jaar knoopt de eurozone weer aan met groei. Vooral Duitsland en Frankrijk nemen de unie mee op sleeptouw. Maar ook de zuiderse landen klimmen uit het dal. Door de verbeterde competitiviteit neemt de export in  Spanje en Portugal fors toe. Misschien zal Spanje de recessie in het 3 e  kwartaal zelfs achter zich kunnen laten.
EuropeseBeurzen20131101.gif
Een aantrekkende wereldeconomie is cruciaal voor de export, de groeimotor van de eurozone. Eén derde van onze uitvoer gaat richting groeilanden, waar de economie  na de onverwachte vertraging begin dit jaar aan de beterende hand lijkt. ook in de VS klaart de hemel meer en meer op.

Ook al blijft de historisch hoge werkloosheid de achillespees van de eurozone, toch lijken de kleinhandelsverkopen zich te stabiliseren — zij het op een laag niveau. Positief is ook dat het consumenten- en ondernemersvertrouwen terug  wat  toeneemt.  De  vrees  voor  het  uiteenvallen van de eurozone is dan ook verdwenen en de Europese commissie stelt zich iets soepeler op met betrekking tot de budgettaire tekorten.

Geen Japanse toestanden
Pessimisten kunnen de vergelijking met Japan maken. Die economie kwam na het uiteenspatten van de huizenzeepbel begin jaren 90 immers in een neerwaartse spiraal terecht, waar ze nu nog altijd de gevolgen van ondervindt. Uit een studie van Belfius Research blijkt echter dat er toch wel wat verschillen zijn tussen het Japan van toen en het Europa van vandaag.
  • De forse stijging van de huizenprijzen bleef in Europa beperkt tot een aantal landen (bv. Spanje), wat niet vergelijkbaar is met de Japanse situatie.
  • Japan kampte jaren met deflatie of een prijsdaling, waardoor de Japanners grote aankopen uitstelden en de economische neergang nog verergerde. Voor de eurozone verwacht Belfius Research echter een inflatie van 1,6 % in 2013 en 1,5 % in 2014.
  • De bedrijven  zijn  financieel  gezonder. Zo bedraagt de schuldenlast van de Europese bedrijven slechts 40 % van de eigen middelen tegenover 123 % voor de Japanse bedrijven eind jaren 80. Bovendien hadden de Europese bedrijven voor de crisis niet overdreven veel geïnvesteerd, waardoor we nu dus ook niet met overcapaciteit kampen. Wat wel weer het geval was in Japan.
Obligatiekoersen dalen - Waar komt het geld vandaan dat de beleggers in Europese aandelen pompen?

Van obligaties naar aandelen

Sinds midden mei, toen de Amerikaanse centrale Bank (fed) aangaf dat ze haar maandelijks aankoopprogramma aan obligaties ging afbouwen, is er een beweging van obligaties naar aandelen aan de gang. Hierdoor steeg de 10-jaars-rente — begin september zelfs even tot  3 %. Een gevolg was dat de obligatiekoers van 10-jarig papier fors daalde.De beurzen reageerden dan ook enthousiast toen de fed op 18 september onverwacht besliste het aankoopprogramma van obligaties te behouden. Zo wordt een te snelle stijging van de langetermijnrente vermeden om het ontkiemend herstel niet te fnuiken. 

ook in de eurozone bleef de stijging van de langetermijnrente al bij al beperkt. De Duitse rente steeg tot 2 %.
Terug naar Inhoud


advertentie
Banner_WH_HCC_SocialShopping_760-140px.jpg


Flevoland-Overijsel200x152.png
RG Flevoland-Overijssel

RG Flevoland-Overijssel is een van de HCC Beleggen Regio Groepen. Dit zijn regio georienteerde groepen van beleggers die geregeld bijeenkomen om in ontspannen sfeer met elkaar ervaringen, kennis en beleggings ideeën te delen 

Onderwerpen als ervaring met broker software, handelssystemen, indicatoren, werking van opties/turbo's enz. kunnen aan bod komen.

Benieuwd geworden naar deze groep beleggers, meld je dan per email aan bestuur@beleggersonline.nl .



Economische vooruitzichten November 2013
Bron: KBC Bank
De  wereldconjunctuur  zette  de  voorbije  maand  haar  herstel  voort. Vertrouwensindicatoren  zoals  de Amerikaanse ISM voor de verwerkende nijverheid,  de  Duitse  Ifo-indicator  en de  Japanse  Tankan-index  illustreerden dat. Langzaam maar zeker lijkt ook de conjunctuur van de EMU als geheel uit het  dal  te  kruipen.  reele-bbp-groei-201311-390x450.gifHet  producentenvertrouwen  in  de  verwerkende  nijverheid stabiliseerde op een peil dat wijst op  groei,  terwijl  het  vertrouwen  in  de dienstensector zelfs fors opsprong. Ook op  de  Europese  arbeidsmarkt  is  het  tij stilaan  aan  het  keren.  De  werkloosheidsgraad in de EMU bedraagt op dit ogenblik  12,0%  en  lijkt  over  zijn  piek heen.  Vermits  de  arbeidsmarktindicatoren traditioneel met enige vertraging op  de  economische  groei  reageren, bevestigt  dit  dat  de  Europese  recessie inderdaad  in  het  tweede  kwartaal  van 2013 eindigde.

Ook de conjunctuurrisico’s zijn afgenomen. In de EMU lijkt er na het politieke einde  van  Silvio  Berlusconi  een  voorlopig  einde  gekomen  aan  de  periodiek opflakkerende  politieke  instabiliteit  en onzekerheid  omtrent  de  budgettaire koers.  In  de  VS  zet  de  vastgoedmarkt, die  aan  de  basis  lag  van  de  Grote Recessie,  zijn  herstel  voort.  De  bouwinvesteringen  dragen  in  toenemende mate bij tot de economische groei. De naweeën van het uiteenspatten van de vastgoedzeepbel waren een belangrijke oorzaak  van  het  matige  hersteltempo na de recessie. Aan de aanbodzijde van de  wereldeconomie  ten  slotte  ebde de  voorbije  weken  de  vrees  voor  een negatieve olieprijsschok weg, nadat een internationale militaire interventie in het Syrië-conflict op korte termijn niet meer aan de orde was. De trend van stabiele tot licht dalende energieprijzen werd dus hervat en zette de inflatie verder onder neerwaartse  druk  (tot  respectievelijk 1,5%  en  1,1%  in  de  VS  en  de  EMU). Dat geeft de betrokken centrale banken alvast de ruimte om hun extreem soepel monetair beleid voort te zetten.        

beleidsrentes-201311-390x450.gifObstructie
Tegen  die  gunstige  conjuncturele  achtergrond  was  het  dan  ook  een  beetje ironisch dat de grootste bron van onzekerheid  de  Amerikaanse  overheid  zelf was.  Sinds  de  start  van  het  nieuwe begrotingsjaar 2014 op 1 oktober hadden de VS geen federale begroting, tot het parlement uiteindelijk op 17 oktober instemde met ‘voorlopige twaalfden’ tot 15 januari 2014. Op zich is het gebrek aan  een  echte  begroting  niet  zo  erg, want  dat  was  ook  in  het  hele  begrotingsjaar 2013 het geval. Het opmerkelijke in de voorbije weken was de weigering van het Amerikaanse parlement om  via  het  systeem  van  ‘voorlopige twaalfden’ de continuïteit van de federale overheid veilig te stellen. Alsof dat nog niet voldoende was, weigerde het Huis  van  Afgevaardigden  het  wettelijk schuldenplafond te verhogen, waardoor de Amerikaanse schatkist naar schatting tegen  het  einde  van  oktober  in  liquiditeitsproblemen  kon  komen  om  haar bestaande verplichtingen te voldoen.

Het  akkoord  van  17  oktober  omvat naast  de  ‘voorlopige  twaalfden’  tot 15  januari  ook  een  schorsing  van  de wettelijke  schuldenlimiet  tot  7  februari 2014. Het is echter belangrijk om in het achterhoofd  te  houden  dat  de  hele begrotings-  en  schuldendiscussie  in  de VS niet ging over een gebrek aan financiële middelen, zoals dat bijvoorbeeld bij de  Griekse  default  van  2012  het  geval was, maar om een zuiver politieke weigering  van  delen  van  de  Republikeinse partij  (de  zogenoemde  Tea  Party)  om die middelen ter beschikking te stellen. De  onderliggende  motivatie  voor  die obstructie had zelfs niets met de begroting  als  dusdanig  te  maken,  maar  was een  ultieme  poging  om  de  ingevoerde algemene  ziekteverzekering  (‘Obama-care’)  minstens  gedeeltelijk  ongedaan te maken.

wisselkoersen-201311-390x450.gifStorm in glas water?
De  economische  kosten  van  het  politieke  conflict  zullen  allicht  in  omvang beperkt  zijn  en  zich  ook  beperken  tot de  VS-economie.  De  ambtenaren  die nu gedwongen tijdelijk werkloos waren, zullen hun achterstallige loon ontvangen nu  de  impasse  is  opgelost.  Eventueel uitgestelde consumptie zal dus ten dele worden ingehaald. Of en hoe sterk het economisch  sentiment  door  de  discussies  negatief  werd  beïnvloed,  zal  nog moeten blijken uit de vertrouwensindicatoren die de komende dagen en weken worden gepubliceerd.

Schadelijk  voor  het  vertrouwen  was allicht ook de onzekerheid die was ontstaan  over  hoelang  de  Amerikaanse overheid  haar  bestaande  verplichtingen  nog  kan  voldoen.  Enerzijds  gaat het  over  binnenlandse  verplichtingen, zoals pensioenen en andere uitkeringen. Potentieel  gevaarlijker  voor  de  wereldeconomie  was  echter  de  onzekerheid of  de  Amerikaanse  overheid  voor  de eerste  keer  in  haar  geschiedenis  een van  haar  obligaties  niet  zou  terugbetalen.  Zelfs  zonder  de  besliste  schorsing van  de  schuldenlimiet  zou  die  soep niet  zo  heet  zijn  gegeten  als  ze  werd opgediend. Ten eerste bleef de federale overheid haar federale belastingen innen ten belope van circa 200 miljard USD per maand. Dat relativeert de betekenis van de ‘deadline’ van 17 oktober. Daarnaast heeft  elke  Amerikaanse  regering  zelfs zonder een verhoging van de schuldenlimiet door het parlement nog een aantal creatieve noodoplossingen om wanbetaling te voorkomen. Daartoe behoren het slaan van een munt van 1000 miljard USD  door  de  minister  van  financiën  en de  grondwettelijke  bepaling  dat  wettelijk aangegane schulden moeten worden terugbetaald. Uiteindelijk behoorde ook het opkopen door de Fed van aflopende overheidsobligaties,  in  het  kader  van haar  monetair  aankoopprogramma,  tot de principiële mogelijkheden.

tienjaarsrentes-201311-390x450.gifHet  akkoord  van  17  oktober  was  altijd het  meest  waarschijnlijke  scenario.  Het was  voorspelbaar  dat  de  gematigde Republikeinen  zich  in  extremis  zouden losmaken  van  hun  radicale  partijgenoten  van  de  Tea  Party.    Ook  de  financiele markten bleven er gerust in. Terwijl de  aandelenmarkten    uitgaan  van  een verder  economisch  herstel,  vertoonde ook  de  rente  op  Amerikaanse  overheidsobligaties  en  schatkistcertificaten slechts  een  beperkt  oplopende  premie, die  vooral  veroorzaakt  was  door  de operationele en technische onzekerheid omtrent aflopende effecten.

Fed onder druk
Ook  na  het  politiek  akkoord  zal  deze jongste  begrotingscrisis  economische gevolgen hebben. Op korte termijn is de kans groot dat het monetaire beleid van de  Fed  daardoor  wordt  beïnvloed.  Uit het verslag van haar beleidsvergadering van  17  en  18  september  blijkt  dat  de Fed  de  actuele  begrotingsdiscussie  zag aankomen en onder meer daarom voorlopig  afzag  van  een  afbouw  van  haar monetair aankoopprogramma. Indien de Fed de indruk heeft dat het de plicht is van  het  monetair  beleid  om  een  dysfunctioneel  restrictief  budgettair  beleid te compenseren, neemt de kans toe de Fed  langer  dan  verwacht  zal  doorgaan met  haar  maandelijkse  liquiditeitsinjecties  en  de  onvermijdelijke    exit-strategie  nog  delicater  wordt.  Dat  betekent dat  de  taak  om  de  VS-conjunctuur  te ondersteunen  nog  eenzijdiger  op  de schouders van de centrale bank terecht komt.  De  voordracht  van  Janet  Yellen, een  van  de  belangrijkste  architecten van  het  huidige  Fed-beleid,  als  nieuwe Fed-voorzitter  vanaf  januari  2014,  past in dat kader.
Terug naar Inhoud


Helmond_wapen202x300.jpgDoe het zelf beleggers in de regio Helmond

Wij zijn een klein studie-beleggerclubje dat zich richt op het uitwisselen van kennis en ervaringen om zelf actief en succesvoller te kunnen beleggen.
Wat we doen?:
  • We bespreken elkaars aanpak en strategieën, wisselen criteria uit die iedereen maakt bij de keuzes van aandelen, opties en andere derivaten.
  • Ook gaan we dieper in op specifieke (optie-) constructies die succesvol kunnen zijn.
  • We nemen ook deel aan seminars of andere studiebijeenkomsten en wisselen alle relevante informatie over zelf beleggen uit.
  • We komen elke 3e maandag van de maand bij elkaar en tussentijds wisselen we zaken uit via de mail.
We zoeken uitbreiding van ons groepje met enkele actieve beleggers die kennis en ervaringen willen delen om beter voorbereid te kunnen beleggen.

Neem bij interesse contact op via de mail met het bestuur van de HCC Beleggen. Vermeld in de mail dat het om de groep Helmond gaat.


Crisis zolang huishoudboekjes niet op orde zijn
Bron: Dirk van der Werf, “Crisis zolang huishoudboekjes niet op orde zijn”, Me Judice, 22 oktober 2013.
DerdeWeg-IjslandIMG_0433-490x300.jpgDe huidige crisis is er een van overinvestering en onderbesparing, zo zou de 'crisiseconoom' Friedrich Hayek (1899) het gezien hebben, stelt Dirk van der Werf sr.
De economie herstelt zich pas weer als de huishoudboekjes weer op orde zijn.
Dat kan op drie manieren. De voor het publiek meest pijnlijke, maar politiek makkelijkste manier om uit de crisis te komen is inflatie. Een tweede manier is faillissement van banken, maar dat stuit op grote belangen.  De derde weg is ontbinding van de euro, zodat de huidige macro-economische onevenwichtigheden kunnen verdwijnen. IJsland laat zien hoe goed dit werkt.

Bankencrisis
De regeringen in de verschillende Europese lidstaten hebben grote begrotingstekorten en weten niet hoe in deze situatie te handelen. De banken kunnen het niet aan en vragen om ondersteuning omdat de reserves zijn uitgeput. De voorbeelden uit de traditionele literatuur inzake bankpolitiek gaan uit van minstens 8% eigen geld voor Commercial Banks, handelsbanken. Door teveel krediet uit te geven zat een aantal grote banken met ongeveer 3% al jaren onder deze norm. Daarmee hebben ze het niet gered.

Kijk van Hayek
Hayek zou gezegd hebben dat de westelijke wereld zich bevindt in een situatie van overinvestering en onderbesparing. Bij de overheid, bij bedrijven en particuliere beleggers in woningen en effecten. De banken hebben niet alleen spaargelden doorgegeven voor de financiering van investeringen, wat hun normale functie is, ze hebben daarnaast ook nieuw geld gecreëerd. Daarmee gaan de banken hun werkgebied niet te buiten, mits ze de dekking in de gaten houden. In de top van de hausse is het echter verleidelijk meer geld uit te lenen, dan de besparingen toelaten. Dan kan je er gif op innemen dat de teveel uitgegeven financiering niet terugkomt.
MeJudice_new_logo220x55.png

vdwerf120x160.jpg
Dirk van der Werf



Zelfstandig econoom
Dirk van der Werf (1932) is econoom en econometrist, gepromoveerd aan de Universiteit van Amsterdam. Hij was werkzaam bij het Centraal Planbureau, de ministeries van Economische Zaken en Sociale Zaken, het Openbaar Lichaam Rijnmond, de Europese Commissie en de OESO. Hij heeft verschillende boeken geschreven, meest recentelijk '100 jaar Avondland'.

In ons land, alsook in de gehele westerse wereld is het werkgebied van de in origine handelsbanken uitgebreid met allerlei andere activiteiten, zoals het uitgeven van hypotheken voor woningen, het spelen voor effectenmakelaar, het financieren van consumentenkrediet, het afdekken van overheidstekorten. Tenslotte zijn veel en grote banken recent de weg opgegaan van ,,speculative trading”, wat ze beter hadden kunnen overlaten aan hedge funds en dergelijke. Aan al deze uitbreidingen zijn risico’s verbonden die moeilijk in de hand te houden zijn. In de huidige crisissituatie komen zulke risico’s te voorschijn als verliezen, die de reserves aantasten, bij de banken eufemistisch bekend als ,,stroppen”.

Tijd voor Keynesiaans stimuleringsbeleid?
De regeringen in de westelijke wereld zijn zelf de grootste ontspaarders. De ,,bezuinigingen” – zo die er überhaupt zijn – nemen dit feit niet weg, integendeel, zij doen een aanslag op het inkomen – en dus van de besparingen – van gezinnen en bedrijven. Door het uitlokken van meer bestedingen van de particuliere sector wordt het probleem niet opgelost, maar alleen verschoven.

Een beleid van meer bestedingen van de openbare sector zou in die visie helpen de conjunctuur weer op gang te brengen.

Tegen zo’n beleid van ,,priming the pump” via meer overheidsuitgaven, zoals in het verleden aanbevolen door Keynes en waar veel economen nog achterstaan (waaronder de Amerikaan Paul Krugman), bestaat echter een aantal bedenkingen. Ten eerste mag men zich afvragen hoe deze meerdere uitgaven worden gefinancierd. Het besparingentekort van de overheid wordt er alleen maar groter door. Voorts is de keynesiaanse theorie gegrond op de gedachte dat gezinnen een vast percentage van hun inkomen besparen. Dat percentage staat in crisissituaties als deze niet meer vast – als het ooit heeft vastgestaan. Gezinnen die het zich kunnen veroorloven besparen meer dan normaal, uit angst voor de mogelijkheid straks in de problemen te komen. Gezinnen die het zich niet kunnen veroorloven besparen helemaal niets, of raken zelfs in de schuld.

Huishoudboekjes weer op orde
Dat geldt voor gezinnen, banken, bedrijven en last but not least de overheden. Het betekent tegelijk het aanvaarden en afboeken van de opgetreden verliezen. Vanzelfsprekend staat niemand voorop om deze verliezen te dragen. Daardoor loopt alles vast. Met pappen en nathouden, het redden van banken, het schonen of subsidiëren van zwaarwegende belangen schiet het niet op en wordt de depressie alleen maar verlengd. Aldus Hayek.

De eerste uitweg: inflatie
Bij inflatie gaan namelijk alle prijzen omhoog en worden alle vorderingen en schulden minder waard. Maar ook de inkomens. Dan komen de huishoudboekjes op den duur wel op orde, maar langs een zeer pijnlijke weg. De ellende wordt namelijk op de burger afgewenteld. Het is de weg van de minste weerstand, anoniem en oneerlijk, maar rigoureus en het onvermijdelijk gevolg van een algemeen verzet tegen bezuinigingen en belastingverhogingen. De overheidstekorten nemen toe en kunnen alleen worden gefinancierd met een beroep op de ,,bankbiljettenpers”.

Deconfitures
Tot nog toe durft men kennelijk banken en andere financiële of gesubsidieerde instellingen of zelfs landen niet failliet te laten gaan. Vooral niet als gewichtige belangen in het geding zijn. Maar daar kan verandering in komen. Bij de weg der deconfitures worden de verliezen niet opgevangen door de staat, de Europese Centrale Bank wordt in dit scenario niet gevraagd om de drukpers te hulp te roepen. In dit scenario komt het teveel uitgeleende geld niet of niet volledig terug bij de uitleners: banken, levensverzekeraars, pensioenfondsen, enz., en via deze weg ook direct of indirect bij het publiek.

Deze tweede weg is voor Europa de weg van de meeste weerstand omdat het hoofd geboden wordt aan om hulp roepende belangen.

Ontbinding Euro
Een derde weg is ontbinding van de Euro, herstel van de nationale valuta en het bieden van de mogelijkheid van devaluatie aan die lidstaten die een fundamenteel tekort op hun betalingsbalans hebben. Dit betekent tevens dat de vorderingen van de overschotlanden op de tekortlanden voor een groot deel worden afgeboekt. Het betreft hier veel leverancierskrediet en andere vorderingen op bedrijven, maar ook hoog rentedragend overheidspapier. Anders gezegd, de verliezen die zijn ontstaan mogen gedragen worden door de overschotlanden. Want het devaluerende land is in feite bankroet.

Het voordeel van deze derde weg is dat de concurrentieverhoudingen tussen de lidstaten worden hersteld. Het is de weg die IJsland heeft gevolgd. Daar is de economie weer op gang gekomen. Het is uithuilen en opnieuw beginnen. Europa is er alleen maar bij gebaat.

De kredietverleners in de overschotlanden hebben overigens tot nog toe weinig animo vertoond om deze weg begaanbaar te maken. Tenzij de vorderingen in volwaardige Euro’s zouden blijven staan. Maar dan helpt het niet. Zonder pijn zal het niet gaan.
Terug naar Inhoud


daytradingad_753x240.jpg

Oproep mbt risicovolle obligaties
Bron: AFM
AFM-Oproep-sh360x160.gif
Beleggers worden steeds vaker benaderd om te investeringen in obligaties met hoge risico’s.
De Autoriteit Financiële Markten (AFM) wil graag meer inzicht krijgen in dit soort producten.
Het gaat hierbij bijvoorbeeld om obligaties waarmee wordt belegd in zonnepanelen, landbouwgrond, vastgoed, wijn, boeken, hypotheken, aandelen of in MKB.

Anders dan bij traditionele obligaties zijn de opbrengsten van deze risicovolle beleggingen essentieel om de obligaties af te lossen. Zie de checklist Beleggen in obligaties voor deze en andere kenmerken van deze risicovolle obligaties.

Deel jouw ervaringen met de AFM
De AFM roept ook graag jouw hulp in om meer te weten te komen over dit soort producten. Beleg je in dergelijke obligaties of ben je recent benaderd om hierin te investeren? Dan horen wij dat graag. Je kunt de AFM een e-mail sturen en jouw ervaring delen via onderzoeknaarobligaties@afm.nl.

AFM-Checklist-sh360x160.gifChecklist beleggen in obligaties
Gebruik deze checklist om na te gaan of een belegging in een obligatie risicovoller is dan je misschien op het eerste gezicht denkt.

Kijk vervolgens of deze belegging past binnen je beleggingsdoelstellingen. Kom je er zelf niet uit? Overweeg dan deskundig advies in te winnen. Onderstaande vragen en antwoorden helpen je om de risico’s beter in te schatten.

Wordt het geld dat je uitleent aan een bedrijf belegd in een andere onderneming?
Bij sommige obligaties gebruikt men het opgehaalde geld om daarmee in andere ondernemingen te beleggen. De opbrengsten van deze beleggingen worden onder andere gebruikt om de obligaties af te lossen. Als belegger ben je afhankelijk van de onderliggende beleggingen en draag je dus het volledige beleggingsrisico terwijl je waarschijnlijk denkt dat je in relatief veilige obligaties investeert.

Aan wie leen je het geld uit? En kan de aanbieder het wel terugbetalen?
Doe goed onderzoek naar de onderneming aan wie je het geld uitleent. Worden er zekerheden geboden? Wat is daarvan de waarde en wanneer worden deze ingeroepen? Ga ook na wie garanties en zekerheden verstrekt. Bestaat de onderneming nog maar kort? Is dit hun eerste obligatie uitgifte?!

Heeft de uitgevende instelling weinig eigen vermogen?
Bij een extreme verhouding van vreemd vermogen ten opzichte van het totaal vermogen loop je als obligatiebelegger een verhoogd risico bij een faillissement van de uitgevende onderneming. Bijvoorbeeld bij meer dan 95% vreemd vermogen ten opzichte van 5% eigen vermogen. Beleggers in obligaties staan namelijk bijna achteraan in de rij van schuldeisers en zijn vaak hun geld kwijt bij een faillissement.

Een obligatie valt bedrijfseconomisch onder vreemd vermogen, terwijl een aandeel onder eigen vermogen valt. Bij een faillissement heeft eigen vermogen een achtergestelde positie ten opzichte van vreemd vermogen. Maar als het eigen vermogen bijna nihil is loopt een obligatiehouder in veel gevallen een gelijk risico met de aandeelhouder. Een aandeelhouder krijgt echter een hogere vergoeding voor zijn risico bij een eventuele winst. Een obligatiehouder krijgt nooit meer dan de vooraf vastgestelde rente.

Is de bedrijfsstructuur ondoorzichtig?
Risicovolle aanbiedingen van obligaties kenmerken zich vaak door een complexe (juridische) structuur. Hierbij is het meestal ondoorzichtig welke zekerheden obligatiehouders hebben. Een gelaagde groepsstructuur is hier een voorbeeld van. Een gelaagde groepsstructuur kenmerkt zich door een keten van diverse ondernemingen die elk eigendom zijn van de juridisch bovenliggende maatschappij (de moedermaatschappij). De bestuurders van de diverse individuele ondernemingen zijn dan ook vaak dezelfde personen. Deze gelaagde groepsstructuur wordt vaak onduidelijk en onvolledig weergegeven in de documentatie die hoort bij de obligatie uitgifte. Daarnaast wordt ook vaak een aparte onderneming opgericht, specifiek voor het uitgeven van de obligatie; een Special Purpose Vehicle (SPV).

Een complexe bedrijfsstructuur wordt ook vaak gebruikt om te verhullen welke kosten de initiatiefnemer aan de groep in rekening brengt. Deze kosten worden in veel gevallen gefinancierd uit de opbrengst van de obligatie. Voordat er dan rente en aflossing op de obligatie kan worden betaald, moeten eerst deze kosten door de opbrengsten van de beleggingen worden goedgemaakt.

Zijn er schijnzekerheden? Zijn hypotheken bijvoorbeeld echt gevestigd, of zijn er partijen die als eerste aanspraak hebben op de zekerheden?
Een ander kenmerk van een risicovolle obligatie is de afwezigheid van zekerheden. Een risicovolle obligatie wordt vaak (onder andere) gekenmerkt door een achtergestelde positie ten opzichte van andere schuldeisers. Dit betekent dat het minder zeker is dat je jouw geld terugkrijgt bij een faillissement. Als obligatiebeleggers een tweede hypotheekrecht ontvangen van een onbekende grootte, geeft dit ook een schijnzekerheid. Meestal heeft een bank het eerste hypotheekrecht en bij een faillissement blijft er mogelijk niets over voor de belegger. Bij onwenselijke beleggingen worden deze garanties vaak aangevuld met andere zekerheden die niets voorstellen.

Ook worden beleggingen die met de obligaties zijn gefinancierd, vaak als zekerheid geboden. Dit is een schijnzekerheid. Immers als de belegging goed verloopt en het onderpand dus ook iets waard is, zal er over het algemeen geen sprake zijn van een wanbetaling van rente en aflossing op de obligaties. Als  deze beleggingen niet goed verlopen loop je de kans dat er onvoldoende middelen zijn om de rente en aflossing op de obligaties te voldoen. In zo’n geval zal ook de waarde van de beleggingen, en dus het onderpand, onvoldoende zijn.

Zijn de kosten die voor rekening van de belegger komen erg hoog?
Veel aanbiedingen van risicovolle obligaties kenmerken zich door hoge initiële(eerste) kosten die in veel gevallen ten gunste van de initiatiefnemer komen. Dit betekent dat net na de uitgifte al veel (hoge) kosten worden betaald uit de inleg van de obligatiebeleggers. Deze kosten moeten eerst door de initiatiefnemer worden goedgemaakt uit de beleggingen, voordat er rente en aflossing op de obligatie kan betaald worden. Ga dus goed na of de belegging voldoende rendement oplevert. Ook kunnen er bij obligatie beleggingen hoge doorlopende kosten zijn.

Hebben de obligaties een hoog (gegarandeerd) rendement?
Een hoog rendement betekent over het algemeen ook een hoog risico. Het is moeilijk om een rendement te garanderen als de inleg moet komen uit beleggingen. Er kunnen zich veel ontwikkelingen voordoen die invloed hebben op het rendement. Als een aanbieder een rendementsgarantie verstrekt, moet hij dat ook kunnen betalen. Dit geldt ook voor garanties voor terugbetaling van de inleg.

Meer informatie?
Je kunt meer informatie terugvinden in een goedgekeurd prospectus of in een informatiememorandum. Dit informatiememorandum verstrekt de uitgevende instellingen die gebruik maken van een vrijstelling. Vraag ernaar als je deze niet ontvangt.

Lees de informatie goed door en maak gebruik van onze checklist. Heb je twijfels, is de informatie onduidelijk of lijkt de informatie onvolledig? Stap dan niet in. Of vraag een deskundige en betrouwbare adviseur om je verder te helpen.
Terug naar Inhoud


Noordbeleggen753x244.jpg

Conjunctuurbeeld verbetert
Bron: CBS
cbsartikelkop776x103.jpg

Van 15 zorgvuldig geselecteerde indicatoren wordt elke maand in één plaatje en in onderlinge samenhang getoond of het “goed”of “slecht”gaat (onder of boven de trendmatige ontwikkeling over een lange periode) en of het “beter”of “slechter”gaat (stijging of daling ten opzichte van de voorgaande periode). Door de foto’s van alle maanden achter elkaar te laten zien wordt een film getoond van het verloop van de conjunctuur.

Analyse oktober:
Het conjunctuurbeeld is eind oktober iets beter dan eind september. Er waren meer verbeteringen dan verslechteringen in de conjunctuurklok. Het zwaartepunt van de indicatoren in de Conjunctuurklok ligt minder diep in de fase van laagconjunctuur en gaat richting herstel. Op twee na presteren alle indicatoren in de Conjunctuurklok echter nog onder hun langjarig gemiddelde.
conjunctuurklok-okt2013-sh720x494.gif
In de loop van oktober is van alle maandindicatoren in de klok nieuwe informatie beschikbaar gekomen. Hierdoor is de verdeling van de indicatoren over en in de kwadranten veranderd. Het oordeel over de ontvangen orders schuift van het gele naar het groene kwadrant. Deze indicator houdt zijn opgaande fase vast, maar presteert nu ook boven zijn langjarig gemiddelde.

Het zwaartepunt van de puntenwolk in de Conjunctuurklok ligt eind oktober minder diep in de fase van laagconjunctuur. Van de vijftien indicatoren staan er zeven in het rode, zes in het gele en twee in het groene kwadrant. Indicatoren in het rode kwadrant hebben een groei onder hun langjarig gemiddelde en de groei neemt af. Ook bij indicatoren in het gele kwadrant ligt de groei onder hun langjarig gemiddelde, maar daar neemt de groei toe. Van de indicatoren in het groene kwadrant ligt de groei boven hun langjarig gemiddelde en neemt de groei toe. Ook van indicatoren in het oranje kwadrant ligt de groei boven hun langjarig gemiddelde, daar neemt de groei echter af.

Het Conjunctuurdashboard laat de cyclus van de afzonderlijke indicatoren zien.
De Conjunctuurklokindicator laat de cyclus van het zwaartepunt van de puntenwolk zien.

Weten hoe de Conjunctuurklok werkt? Bekijk het CBS-filmpje ‘Hoe werkt de Conjunctuurklok?’ op YouTube.
Zien hoe de economische crisis verliep? Bekijk het CBS-filmpje ‘De economische crisis in beeld’ op YouTube.
Conjunctuurklok in nieuw jasje
Beknopte toelichting conjunctuurklok

De Conjunctuurklok kunt u zelf bedienen op de CBS - site Klik Hier
Terug naar Inhoud


RG_NH_ad_201109_753x202.jpg

Vanaf 2014 betaal je rechtstreeks voor beleggen
Bron: AFM
AFMlet-op-sh450x200.jpgPer 1 januari 2014 veranderen de regels rondom de betaling voor beleggen. Hierdoor ga je direct betalen voor de dienstverlening.

Wat betekent dit voor jou?
Dat betekent dat banken, beleggingsadviseurs en vermogensbeheerders kosten direct in rekening brengen bij jou als belegger voor beleggingsadvies, vermogensbeheer of execution only.

Vroeger betaalde je hen ook al voor hun diensten. Dit bedrag was toen verwerkt in de prijs van het beleggingsproduct. Deze onzichtbare beloning wordt ook wel provisie genoemd. Per 1 januari 2014 mag dit niet meer. Dit wordt het provisieverbod genoemd.

Doordat alle kosten overzichtelijk op een rij staan, kan je als belegger beter verschillende dienstverleners vergelijken. Ook kan je bewuster afwegen welke toegevoegde waarde je bank, beleggingsadviseur of vermogensbeheerder levert voor de kosten die hij in rekening brengt.

Door de nieuwe regels kan de hoogte van de tarieven die je betaalt veranderen. Ook de manier waarop tarieven worden berekend kan veranderen. Banken, adviseurs en vermogensbeheerders informeren je hierover via hun website, een brief of persoonlijk gesprek.
beleggingsdienstverlener-provisieverbod-sh260x335.gif
Wat verandert er precies per 1 januari 2014?

Na 1 januari is het voor banken, beleggingsadviseurs en vermogensbeheerders verboden om vergoedingen te ontvangen van beleggingsfondsen. Ook moeten de kosten voor de dienstverlening inzichtelijk zijn.
  1. Je beleggingsdienstverlener beheert je vermogen, geeft beleggingsadvies of stelt je in staat zelf te beleggen.
  2. Je betaalt hiervoor een vergoeding aan je beleggingsdienstverlener.
  3. Ook betaal je een vergoeding aan de aanbieders van beleggingsfondsen of de uitvoerders van transacties voor je beleggingen.
  4. Vanaf 1 januari mag die vergoeding niet meer gedeeltelijk worden doorbetaald aan je beleggingsdienstverlener. Dit doorbetalen heet provisie. Per 1 januari 2014 zijn provisies verboden voor beleggingsondernemingen.
Lees meer
Veel voorkomende vormen van provisie bij beleggingsdienstverlening zijn retourprovisies, distributievergoedingen en aanbrengvergoedingen. Lees meer over:
Wie betaalt voor mijn vergelijking op een vergelijkingswebsite?
In sommige gevallen zal de website een vergoeding aan je vragen en betaal je zelf (mee) voor de vergelijking. Vergelijkingswebsites kunnen ook op andere manieren geld verdienen, bijvoorbeeld door reclame op de website. Dit kan ook reclame zijn van beleggingsdienstverleners. Het is dan mogelijk dat je minder betaalt voor de vergelijking of dat je zelfs niks betaalt. Om te weten welke waarde je kunt hechten aan de uitkomsten van de vergelijking moet je meer weten over de vergelijkingssite zelf.
Een tussenpersoon gaat met mij mee op gesprek bij mijn beleggingsdienstverlener. Wie betaalt de tussenpersoon?
Jij betaalt de tussenpersoon omdat hij je begeleidt bij je bezoek bij de beleggingsdienstverlener. De beleggingsdienstverlener mag de tussenpersoon niet betalen. Doordat alleen jij de tussenpersoon direct betaalt, is er geen sturing vanuit de beleggingsdienstverlener. Dit draagt bij aan de onafhankelijkheid van de begeleiding van de tussenpersoon.
Terug naar Inhoud


CoSAad_201109_753x202.jpg

Effectenportefeuille uit, beleggingsfondsen in
Bron: DNB
Pantoffels-sh500x250.gif
Huishoudens bouwen hun effectenportefeuille af en kiezen meer voor beleggingsfondsen


Nederlandse huishoudens hebben  de waarde van hun effectenportefeuille de afgelopen drie jaar met EUR 7 miljard  zien afnemen. De samenstelling van de portefeuille is tevens gewijzigd. Obligaties zijn uit de gratie geraakt, terwijl beleggingsfondsen juist een hoge vlucht hebben genomen.

Dit blijkt uit een DNB-onderzoek naar de beleggingen van Nederlandse  huishoudens vanaf januari 2010, enkele maanden voor het uitbreken van de schuldencrisis.
 
Bedroeg de waarde van de effectenportefeuille (beleggingsfondsen, aandelen en schuldpapier) in januari 2010 EUR 95 miljard, in juni van dit jaar is dat gedaald tot EUR 88 miljard. Deze afname van EUR 7 miljard is de resultante van twee tegengestelde ontwikkelingen. De verkoop van effecten heeft per saldo tot een waardedaling van EUR 14 miljard geleid, terwijl koersstijgingen over dezelfde periode juist voor een vermogensaanwas van EUR 7 miljard zorgden.
 
Huishoudens verkochten in de periode januari 2010 tot en met juni 2013 per saldo schuldpapier en aandelen, terwijl beleggingsfondsen juist werden aangeschaft. Vooral schuldpapier uitgegeven door financiële ondernemingen en overheden zijn van de hand gedaan. Tussen medio 2011 en medio 2012 was een lichte versnelling zichtbaar in de netto verkoop van effecten door huishoudens. Vanaf de tweede helft van 2012 verbeterde het beursklimaat weer en hebben huishoudens de omvang van hun portefeuille nauwelijks aangepast. De aankopen en verkopen houden elkaar dan redelijk in evenwicht (zie figuur 1a).
Figuur-1-a_tcm46-298766-sh520x330.gif
De koersstijgingen sinds januari 2010 ter grootte van  EUR 7 miljard zijn grotendeels behaald vanaf juni 2012. In de periode daarvoor zorgde het slechte beursklimaat voor een verdamping van alle (papieren) koerswinsten die tussen januari 2010 en april 2011 waren behaald. Gecumuleerd over de gehele periode zijn de sterkste koerswinsten behaald op beleggingsfondsen (grafiek 1b).
Figuur-1-b_tcm46-298767-sh520x330.gif 
Met een waarde van EUR 47 miljard maken beleggingsfondsen in juni van dit jaar 53% uit van de waarde van de totale effectenportefeuille. Drieëneenhalf jaar eerder was dat 47%. Aandelenfondsen (EUR 25 miljard) genieten de meeste belangstelling, gevolgd door obligatiefondsen (EUR 12 miljard). De overige EUR 10 miljard is verdeeld over gemengde fondsen, vastgoedfondsen en geldmarktfondsen.  
 
Schuldpapier is in juni 2013 met een waarde van EUR 11 miljard goed voor 13% van de totale waarde van het effectenbezit van huishoudens, een halvering van het  aandeel begin 2010 (26%). 
 
Het belang van aandelen in de portefeuille is gestegen van 27% in 2010 naar 34% in juni 2013. Van de EUR 30 miljard die huishoudens dit jaar in aandelen hebben belegd, zit bijna de helft (EUR 13 miljard) in AEX-fondsen. In de periode januari 2010 tot en met juni 2013 hebben huishoudens per saldo zo’n EUR 2 miljard aan AEX aandelen van de hand gedaan. Van alle afzonderlijke AEX-aandelen hebben Nederlandse huishoudens het meeste geld belegd in aandelen van Royal Dutch Shell (EUR 4 miljard, zo’n dertig procent van de waarde van de AEX-portefeuille van gezinnen), gevolgd door ING Groep en Unilever.
Hele Artikel:  Huishoudens bouwen hun effectenportefeuille af (PDF: 280.7 Kb)  Klik hier om te downloaden
Terug naar Inhoud


Welvaart en Leefomgeving – Horizonscan
Bron: CPB | Economische beleidsanalyse
Het PBL (Planbureau voor de Leefomgeving) heeft in samenwerking met het CPB (Centraal Planbureau), een aantal belangrijke mondiale en nationale trends voor welvaart en leefomgeving op een rij gezet en daarnaast vier onwaarschijnlijke trends verkend.
welvaartenleefomgeving-sh315x425.gif
Welvaart en Leefomgeving – Horizonscan




Download (PDF document, 2.4 MB) | CPB Boek 9 | 10-10-2013 | 90 pagina's | ISBN 978-94-91506-45-1

Dit boek is in gedrukte vorm vanaf eind oktober 2013 te bestellen via het Planbureau voor de Leefomgeving  zie www.pbl.nl.

Ook is dit boek online te lezen klik hier
Economische groei, pensioengarantie, stijgende huizenprijzen en een stabiele bankensector vormen sinds het begin van de crisis in 2008 niet langer de pijlers onder de Nederlandse welvaart. Tegelijkertijd hebben politiek en bestuur steeds minder mogelijkheden om ontwikkelingen in de door de samenleving gewenste richting te sturen. Onzekerheid over hoe we onze welvaart kunnen behouden wakkert de roep om toekomstverkenningen aan. In de deze publicatie ‘Welvaart en Leefomgeving – Horizonscan’ heeft het PBL (Planbureau voor de Leefomgeving), in samenwerking met het CPB (Centraal Planbureau), een aantal belangrijke mondiale en nationale trends op een rij gezet en daarnaast vier onwaarschijnlijke trends verkend.

PBL en CPB benoemen niet alleen trends, maar gaan ook in op de onzekerheid hoe deze zich in de toekomst zullen ontwikkelen. Hiermee hebben de planbureaus een aanzet geleverd voor een nieuwe toekomstverkenning op het terrein van welvaart en leefomgeving (WLO), waarvan het eerste deel naar verwachting in het voorjaar van 2014 zal verschijnen. In het verleden is de WLO door politiek en beleid gebruikt bij afwegingen rondom investeringen voor infrastructuur en stedelijke ontwikkelingen. De laatste WLO verscheen in 2006: ruim voor het begin van de huidige crisis.  Lees meer op CPB website
Terug naar Inhoud


  IG: Computerbeleggersgroep-ZH
zh230x180.jpg HCC Beleggen IG Computerbeleggersgroep-ZH in de regio Zuid HollandSinds de oprichting in 2002 houden wij ons bezig met “Beleggen met behulp van de computer”. Het accent ligt daarbij op het vergroten van de kennis van het ontwikkelen en exploiteren van handelssystemen. Deze zijn vooral gebaseerd op methoden uit de kwantitatieve en statistische analyse. Uiteraard wordt daarbij ook aandacht besteed aan ondersteunende software. Regelmatig besteden we echter ook aandacht aan andere vormen van beleggen zoals Fundamentele analyse. Daarbij gaan we altijd uit van het beschrijven en bespreken van een gestructureerde aanpak die gebaseerd is op objectieve grondslagen. 
Wij komen 9 keer per jaar bijeen. Afwisselend in Berkel & Rodenrijs en Delft.
Klik hier voor meer info    Contactadres: jhbvdmeulen@kpnmail.nl

Meedoen kan
Bron: Redactie HCC Beleggen
De HCC Beleggen organiseert een aantal activiteiten. De bekendste activiteiten die wij organiseren zijn de beleggersymposia die we tweemaal per jaar houden in De Bilt.

actieveleden_gezocht_sh400x236.gifMet name voor de organisatie van deze symposia zijn wij voortdurend op zoek naar mensen die een bijdrage willen leveren aan de totstandkoming van onze symposia. Het is niet alleen leuk om dergelijke evenementen te organiseren, maar het is ook een ideale gelegenheid om je netwerk uit te breiden met interessante contacten.

Maar ook andere dingen doen zoals het geven van een aardige lezing, met anderen handelsstrategieën uitwerken, software onder de knie krijgen of gewoon een groep vormen waarmee je samen de markt analyseert/bespreekt, behoort tot de mogelijkheden.
Ook deelname aan redactie van de website, de nieuwsbrieven, het beheren van het forum of website of delen daarvan behoort tot de mogelijkheden.

Ook zonder deel uit te maken van de organisatie kunt u vanzelfsprekend ook meedoen aan een van de Regio- of Belangstellingsgroepen.

Ben je enthousiast en denk je dat een vrijwilligersfunctie jou op het lijf geschreven is, neem dan contact op met Michel Hupkens Klik Hier 
Terug naar Inhoud


Agenda
Bron: HCC Beleggen redactie
De HCC Beleggen Kalender op onze website en  deze Agenda zijn inmiddels een begrip onder beleggers in Nederland en België geworden. Voor veel andere sites zijn wij de de facto bron van informatie.
Toch zijn nog niet alle events in onze Agenda opgenomen. Daarom willen we ook aanbieders van seminars, cursussen en beleggersbijeenkomsten in de gelegenheid stellen, zelf hun events aan te kondigen, zowel op ons forum als in onze nieuwsbrieven. Plaatsing van (vrij toegangkelijke) educatieve bijeenkomsten zijn kostenloos.
(Bijeenkomsten met een educatief karakter welke niet gratis toegankelijk zijn danwel
bijeenkomsten met een niet uitsluitend educatief karakter kunnen onder voorwaarden ook in onze agenda opgenomen worden. Wilt u meer weten neemt u dan even contact  op met de redactie)
Terug naar Inhoud


Disclaimer: Deze publicatie komt tot stand op de redactie van beleggersonline.nl de website van de HCC IG Beleggen. Noch de mate waarin de berichten, voorgestelde scenario’s, risico’s en voorspellingen de marktverwachtingen weerspiegelen, noch de mate waarin zij in de realiteit zullen tot uiting komen, kunnen worden gewaarborgd. De voorspellingen zijn indicatief. De gegevens in deze publicatie zijn algemeen en louter informatief. Ze mogen niet worden beschouwd als beleggingsadvies. De schrijver(s) van deze publicatie en het bestuur van de HCC IG Beleggen en/of de Redactie van de Nieuwsbrief zijn derhalve niet aansprakelijk voor eventuele verliezen. De waarde van uw beleggingen kan fluctueren, behaalde resultaten uit het verleden geven geen garantie voor de toekomst.

Actueel

'Meld je aan voor de nieuwsbrief' van HCC!beleggen

'Abonneer je nu op de nieuwsbrief en blijf op de hoogte van onze activiteiten!'

Aanmelden