De grootste Nederlandse pensioenfondsen, waaronder de bedrijfstakfondsen van metaal, zorg, bouw en financiële dienstverlening, kijken met toenemende voorzichtigheid naar hun investeringen in de Verenigde Staten. Hoewel de Amerikaanse economie een belangrijk ankerpunt blijft in hun wereldwijde beleggingsportefeuilles, zorgt de politieke instabiliteit, de zwakke dollar en zorgen over het institutionele fundament van de VS voor hernieuwde discussies binnen de fondsen, ook al heeft dit vooralsnog nauwelijks geleid tot strategische koerswijzigingen.
Uit een uitgebreide rondgang door BNR blijkt dat veel grote pensioenfondsen de laatste ontwikkelingen nauwgezet volgen, maar voorlopig geen aanleiding zien om hun Amerikaanse beleggingen substantieel af te bouwen. Daarmee kiezen ze voor consistentie op de lange termijn, ook al nemen de risico’s aan de overzijde van de Atlantische Oceaan aantoonbaar toe.
Amerika blijft essentieel, maar niet zonder risico’s
De Verenigde Staten blijven ondanks alles een zwaargewicht binnen het beleggingsuniversum van de Nederlandse pensioenwereld. Alleen al bij het ABP – met afstand het grootste pensioenfonds van Nederland – stond eind 2024 voor ruim 156 miljard euro aan Amerikaanse beleggingen uit, op een totaal belegd vermogen van 542 miljard euro.
Ook andere fondsen zoals het Rabobank Pensioenfonds, PMT en Pensioenfonds Zorg en Welzijn (PFZW) hebben nog altijd aanzienlijke belangen in Amerikaanse aandelen, obligaties en alternatieve beleggingen. Dat komt deels door de omvang van de Amerikaanse economie en kapitaalmarkt, maar ook doordat veel innovatieve bedrijven daar gevestigd zijn.
Toch maken sommige fondsen zich zorgen. De handelsoorlog, hervat onder het presidentschap van Donald Trump, de instabiliteit in Washington en de dreiging van maatregelen die buitenlandse beleggers kunnen raken, zorgen voor onrust.
“De volatiliteit van de afgelopen maanden maakt het lastig om de impact van beslissingen adequaat te beoordelen,” verklaart Neoletta Poelgeest van het ABN Amro Pensioenfonds. “Toch blijven we als langetermijnbelegger vasthouden aan onze strategie.”
Dollarkoers drukt rendement, valutabeleid aangepast
Eén punt van zorg waar veel fondsen wél maatregelen tegen hebben genomen, is de wisselkoers van de dollar. Sinds eind 2024 is de Amerikaanse munt ongeveer 10 procent gedaald ten opzichte van de euro. Voor Europese beleggers betekent dat een fors lagere opbrengst in euro’s, zelfs als Amerikaanse aandelen in waarde stijgen.
Sommige pensioenfondsen hebben hun valutarisico daarop bijgesteld. Zo besloot het ABN Amro Pensioenfonds om begin april de afdekking van valutarisico’s op Amerikaanse beleggingen te verhogen van 50 naar 75 procent. Ook bij PMT is 75 procent van de valutarisico’s afgedekt, terwijl ABP voor een afdekking van 50 procent kiest.
“Deze koersbewegingen zijn op zichzelf geen verrassing,” zegt een woordvoerder van het ING CDC Pensioenfonds. “Ze zijn inherent aan wereldwijde beleggingen. Maar het is wel iets dat we voortdurend monitoren.”
Vertrouwen in Amerikaanse instituties staat onder druk
Naast economische factoren is er groeiende bezorgdheid over het politieke en juridische klimaat in de Verenigde Staten. PME, het fonds voor de metaal- en technologische industrie, noemt expliciet de verslechterde werking van Amerikaanse instituties zoals de Federal Reserve (Fed) en de Securities and Exchange Commission (SEC).
“We maken ons zorgen over pogingen om de onafhankelijkheid van deze instellingen te ondermijnen,” aldus PME. “Bovendien baart de verslechterende positie van de Amerikaanse overheidsfinanciën ons zorgen.”
Ook bij BpfBouw leeft de vrees dat de zogenaamde ‘veilige haven’-status van Amerikaanse staatsobligaties onder druk komt te staan. Directeur David van As stelt dat Amerikaanse staatsleningen dit jaar tijdens onrustige momenten minder schuilplaats boden dan gebruikelijk.
“Dat is een belangrijk signaal. De reputatie van de dollar als veilige haven mag dan groot zijn, maar ze is niet onaantastbaar,” aldus Van As.
Trump-belastingplan wekt argwaan
Een extra risico dat beleggers momenteel bezighoudt, is het recent voorgestelde belastingplan van Trump – bekend als de One Big Beautiful Bill – waarin sprake is van een mogelijke strafheffing tot 20 procent op rendementen die buitenlandse beleggers halen uit Amerikaanse investeringen. Die dreiging ondermijnt het vertrouwen van fondsen in de stabiliteit van het Amerikaanse beleggingsklimaat.
“Als dit plan wordt doorgezet, zal het onvermijdelijk gevolgen hebben voor hoe en waar wij ons kapitaal alloceren,” stelt een woordvoerder van PME. “Daarbij speelt ook de verminderde invloed van aandeelhouders bij beursgenoteerde bedrijven een rol.”
Geen paniek, wel alertheid
Toch benadrukken de meeste pensioenfondsen dat zij hun beleid niet baseren op kortetermijntrends of politieke rimpelingen. De voorkeur blijft uitgaan naar gespreid beleggen en strategische rust.
“We nemen geen overhaaste beslissingen op basis van krantenkoppen,” klinkt het bij meerdere fondsen. “Maar we houden de situatie scherp in de gaten.”
Indien ontwikkelingen rondom valuta, wetgeving of geopolitieke spanningen concrete risico’s voor de portefeuille opleveren, zullen maatregelen volgen, zo klinkt het voorzichtig.
Interesse onder deelnemers beperkt, maar groeiend
Opvallend genoeg is de bezorgdheid over Amerikaanse beleggingen onder de deelnemers van de fondsen tot nu toe beperkt. Zowel bij ABP als PFZW kwamen sinds eind 2024 slechts een handjevol vragen binnen.
Wel merken sommige fondsen, zoals PMT, dat op bijeenkomsten deelnemers vragen stellen over de handelsoorlog en Amerikaanse politiek. Die signalen hebben geleid tot extra communicatie, zoals nieuwsberichten op de websites van de fondsen.
“We willen onze deelnemers goed informeren, juist nu het speelveld verandert,” aldus een woordvoerder van Pensioenfonds ING.